HAAGSCHE OPSTOOTJES IN DEN PATRIOTTENTIJD. 1 12 invloed, buiten Holland W. W. VAN DER MeULEN. hier in Holland alleen strijd om gold het om nog iets anders. Ging het hier alleen om de absolute macht öf van den Prins öf van de regenten, daarbuiten eischte men een regeering, overeenkomstig wetten en reglementen en invloed van een breederen kring burgers, dan die van de re gentenstand alleen. In de landprovinciën bleken de Pa triotten echter, vooral na den dood van Van der Capellen tot den Poll, sterk in de minderheid te zijn. Reeds in 1785 is dan ook daar het pleit al beslist, doordat zich daar de erfvijanden, aristocratische regenten en de Prins verbonden en de democraten in de minderheid geraakten. Het spreekt wel van zelf, dat de wijze, waarop dit ge beurd is, het gezag van den Prins hier in Holland niet verhoogd heeft, waar de partij nog versterkt werd door degenen, die onverzoenlijk waren en den strijd tegen den Prins wilden doorzetten. Deze hebben echter het doorzicht gemist van den Over- ijsselschen Patriot Capellen tot den Poll, die reeds bij zijn leven (hij stierf al in 1784) nooit zijn meening onder stoelen of banken gestoken had, dat, zoo men niet zorgde in het buitenland een steun te vinden, die opwoog tegen de legers van Pruisen of Engeland, men den strijd tegen den Prins gerust kon staken. De nadering van de Pruisische legers is door hem met even zooveel woorden reeds voorspeld. Edoch, niemand zal zich beklagen, dat deze in 1787 aan de comedie een einde hebben gemaakt. De druk van de regenten hier in Holland was die van een heel kleine minderheid, die zich wederrechtelijk meester had gemaakt van de regeeringsmacht, van wie het duidelijk gebleken was, dat zij het inzicht en de mid delen misten grooter belangen te behartigen dan die van hun eigen kaste.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1909 | | pagina 122