HET GRAFELIJK LEVEN IN DIE HAGHE, IN DE XIVDE EEUW. I33 aan de rekeningen de van ’s Graven Hof, maar uitsluitend noodige gegevens moet ontleenen. Hoe de overdracht van dit alles aan Aelbrecht precies heeft plaats gehad, blijkt met geen enkel woord, wel, dat het niet zonder haken en oogen is gegaan. Gravin Machteld toch, zijn schoonzuster,bleek niet genegen hem het kasteel van Sinte Geerdenberghe over te dragen, zoodat Aelbrecht zich verplicht zag dit in Juni 1358 op te eischen, en den kastelein, Simon van Teijlingen, die namens de Gravin weigerde hem de sleutels ter hand te stellen, gevangen te zetten; waarna de Gravin de edelen en steden zelfs opriep, om haar tegen Aelbrecht te be schermen. En de kanselier en zegelbewaarder van zijnen broeder, Heer Florens van Borssele, Burggraaf van Heusden, was op zijn beurt ongenegen hem het Grafelijk zegel en signet over te dragen, zoodat Aelbrecht wel verplicht was dat kasteel te belegeren, en Heer Florens tot de overgave te dwingen. Bij den zoen op 25 Januari 1359 getroffen, werd bepaald, dat de Burggraaf zal behouden sine bedden, sine scrinen en alle siin harnasch en scutte op den huse, doch waert, dat Ons iet ghenoeghede te hebben van den ym- boedel, dat souden Wij heer Florens gelden van den penningh, des het waerdigh waer”, en bijna vier weken later, den 2osten Februari, werden in tegenwoordigheid van de Vrouw van Holland en van Heer Florens, Graaf Willem’s, segel ende signet, beiden ghebroken ende in sticken gheslagen, en zegelde Aelbrecht sedert zijne brieven en stukken met zijn eigen zegel en met zijn eigen signet. Volkomen in vrede en in vriendschap, had dus de overname en de overdracht van het bestuur „zijns liefs broeders” en van het beheer over diens kasteelen en eigen dommen nu juist niet plaats, en de Vrouw van Holland,

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1909 | | pagina 143