HET GRAFELIJK LEVEN IN DIE HAGHE, IN DE XIVDE EEUW. I77
tafel, de overige tafels weg- en de deden opgenomen en
de vloer, om niet te glad te zijn, met sande bestrooid en
na den dans kwamen dan soms de ghesellen ut den Haghe
en speelden hun spil voir mine here en voir mire vrouwe.
Het Coken-Hof.
Tot de onmisbare dienstgebouwen behoorden de op het
keuken-hof staande keukens met aangelegen gebouwen.
Dat hof, ten deele wijngaard tevens, lag bezuiden de groote
en bezuiden de oude zaal, zich uitstrekkend tot aan de
binnen-gracht aldaar en door een muur met inrijpoort
westwaarts gescheiden van het vóór de groote zaal gelegen
vóór-hof en door een tweeden muur met poirte oostwaarts
van den cleijnen coeltuun, grenzend aan het achter de
vertrekken der Gravin gelegen bloemhof, dat, na den
bouw van het kwartier van min here van Oestervant tot
bloem-tuin voor dat kwartier diende.
Blijkbaar lagen de keuken-gebouwen, zijnde de groote
coken, het bac-huus, het slacht- of vleijsch-huus, het lardier,
het wasch-huus en de torf-schuire in eene groep bijeen,
deels langs de gracht, met groote ophaalputte in ’t midden
terwijl ik vermoed, dat de bezuiden tegen de groote zaal
bij den ronden hoektoren gelegene „pentrije” (bakkerij)
diende tot de berg- en voorraad-camer van ’t broet, van
de scoen brode, van de broet-tailloren (broodborden), van
de kerspelbrode en van de koec (de lijf-koec, de brucel-
sche coecke, enz.) en van ’t verdere meelgebak of ’t
andere „ware van den ovene”. De naastgelegene tredsoer
diende tot spijs-kamer, en de benoorden de zaal aanwezige
buttelarije tot schenk-kamer, tijdens de groote maaltijden
in die zaal gegeven.
De over de binnen-gracht aldaar gelegene houten ophaal
brug met de daarbij staande groote, verdedigbare poort,
gaven van af het Spoije directen toegang tot het keuken-
12