ff'
12
UIT DE PROTOCOLLEN DER HAAGSCHE NOTARISSEN.
kinderen en het verbreken van een trouwbelofte is dikwijls
te onderstellen. Dat verbreken kon echter ook in vrede
en vriendschap geschieden. Den 20 Januari 1622 ver
klaarden Jaques du Boys, gezegd Gascon, trompetter van
den Prins van Oranje, en Fran<;oyse Donderinge, weduwe
Matieu Ocly, dat zij elkander trouwbelofte hadden gedaan,
maar „dat zij d’een den anderen absolutelick quiteren van
’t gene tusschen henluyden eenichsints is gepasseert” (N°.
XXIV). Een soortgelijke verklaring deden den 14 Mei
van hetzelfde jaar Jacques la Faille, Fransche schoolmeester,
vroeger te Deventer, thans te Haarlem, en Machtelt van
Raedt (N°. XXV). Maar hier was de zaak wat moeilijker
beiden hadden „omtrent anderhalff jaeren te samen huys
gehouden”, zoodat „joffrouwe Machtelt van hem La Faellie,
verscheyden costen ende moeyten gehadt hadden”. Daarom
moet onze schoolmeester aan de eerbare Machtelt dan ook
honderd gulden vergoeding geven
Een huwelijk, dat eindigt in een familietwist kan men
beschreven vinden in een acte van 19 Januari 1641. (N°.
XXVI). Van hooger stand zijn de personages in de vol
gende verklaring. (N°. XXVII). Margareta Doublet, geassis
teerd door haar broeders Johan, heer van St. Annaland,
Philips, ontvanger-generaal der Unie en George Rataller
Doublet, raadsheer in den Hoogen Raad, attesteerde den
15 April 1646, „dat haeren soon Phillips, geseyt Van Dam,
niet alleen buyten haer kennis, maar tegens expres verbot
van haer comparante aen hem gedaan, onderwonden heeft
te trecken naar Groeningen, alwaar hij verclaert hadde
sijne genegentheyt om sich ten huwelijcken te begeven”.
De moeder was daartegen, niet alleen omdat hij nog slechts
19 jaar oud was, maar ook „om andere gewichtige ende
suffisante redenen”. Daarom machtigt zij haar broeder
Adriaen Doublet „omme de voornoemde haere soon’t sij
tot Groeningen ende al omme elders, daer hij hem soude