En vóór den tweeden tocht in 1398 ghingen mijn here en mire vrouwe in der beghine hove tot Medenblic ende gaven den beghinen om Gode X Dordr. gulden en onder wegen den armen luden XX gd. en na den tocht, ging de Gravin ter bedevaert naar het Heylighe Cruus te Eijken- Duinen en de toen overwonnenen moesten: „voer onser Ouder siele ende anders alle der gheene zielen, die met onser Ouderen hiergebleven zijn, maicken in den van Oist- Vrieslant, daert ons best genuecht, een kercke van twaelif canonics provenden ende een dekenie, elck provende van 50 oude Vrancrixe scilde tsjaers ende de dekenie dubbelde provende, te beleggen aen goeden sekeren renten. Binnen één jaar moesten zij deze kerck oprichten, bereijden en doteeren en mede in die eren Goids ende der sielen te genaden een Gasthuijs doen maicken en dair derthien bedden in leggen, en een wijf of twee insetten, die die arme lude, die daer camen, ontfaen ende haffenen (van ’tnoodige voorzien) sullen, ende elc arm mensch, die daer coemt, sal daer 3 daghe leggen ende herberge hebben.” En, als op 18 Mei 1399 mijn Here uten Hage schiet en hi te Vrieslant waert toech, werd ter heijmeliker stede om Gode ghegheven IIII gulden. In het jaar 1382 stelde Aelbrecht eene Sint-Anthonius- orde in, welks teeken aan een zilveren ketting of thuijn, welke 20 Holl. gulden kostte, werd gedragen en aan voor name edellieden na bewezen diensten werd vereerd. Kwamen zij, onvoorziens op reis in schuld en buiten staat tot betaling, dan werd niet zelden dat ordeteeken met ketting in pand gegeven en later weder ingelost. Op den 25611 Juni van het jaar 1366 liet de Graaf in overijling of in drift, zijn voornaamsten edelman uit Hene gouwen, die hem bij het beleg van Delft in 1359 met niet minder dan 468 ruiters hielp, en wien hij ten recht of ten onrechte van heimelijk verzet of opstand verdacht, door 226 HET GRAFELIJK LEVEN IN DIE HAGHE, IN DE XIVDE EEUW.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1909 | | pagina 245