302 HET VERVOERWEZEN VAN DEN HAAG IN DE XIXUE EEUW. den weg, is het eerste huis rechts na het verlaten van het station Delft, richting Schiedam en heeft toegang door middel van een weg langs de spoorbaan naar den Parallelweg. Nog een andere merkwaardigheid heeft deze spoorweg en wel de heining rechts, een paar minuten van Den Haag af; zij dankt haar ontstaan aan de meening van den boer van het daarachter liggend erf, dat door het roet der locomotieven de melk in zijn kelder zou bederven Behalve de vijf doorgaande treinen stelde de maatschappij twee locaaltreinen tusschen hier en Rotterdam in, wat zoo gebleven is tot diep in de zeventig jaren. Een beurs trein ie en 2e klasse, op verzoek in 1847 ingelegd, bleek niet genoeg op te leveren, evenmin een na een request van Leidenaren doorvoeren van den laatsten trein RotterdamDen Haag Zondags en Woensdags tot Leiden. De treinen waren evenals tegenwoordig samengesteld uit ie, ae en 3e klassen, alleen de aanduiding geschiedde anders: men sprak van .diligences, char a bancs en waggons.” Hoeveel personen er in een diligence konden zitten elke klasse had een afzonderlijk rijtuig is mij onbekend, in een gele „char a banc”, die eerst open was, doch al heel spoedig gesloten werd, rekende men op zeven per bank, evenals in de opene, bruine waggon. Later werd dat getal tot zes verminderd, en de waggons overdekt met een zijdelingsche bescherming door zeilenhet aantal reizigers per waggon werd door dat ruimer zitten op 18 terug gebracht, een groot verschil met het tegenwoordig aantal van 110, zooals er in sommige rijtuigen 3e klasse der H. IJ. S. M. nu een plaats kunnen vinden. De prijzen waren voor de 3e klasse vrijwel gelijk aan de tegenwoordige, voor de ie en 2e klasse iets hooger, waarbij men echter in aanmerking moet nemen, dat de retourbilletten, abonnementen en buurtverkeerretours eerst

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1909 | | pagina 334