306 het vervoerwezen van den haag in de xixde eeuw. voor deze gelegen- 1Het is teekenend, dat op de achterzijde van het voor ’s avonds bestemde programma (het „menu”) geen een Nederlandsch woord voorkomt, en er zelfs boven staat „chemin de fer Neerlandais Rhénan”. Het is ook gedrukt op een „imprimerie a vapeur” te Utrecht. Op het algemeene programma werd vriendelijk verzocht geen fooien uit te reiken, ook niet aan de vestiaire. klonk dansmuziek van de Koninklijke militaire kapel onder lei ding van Völlmarr, natuurlijk met de bedoeling, dat men de daarbij behoorende gymnastiek zou verrichten. Van de dansen vermeld ik alleen de Polka Mazurka, door den „dilettant componist” F. H. Boogaard heid gecomponeerd en aan de „Nederlandsche Rhijn-Spoor- weg-Maatschappij” welwillend opgedragen, de onontbeerlijke „Lanciers” en de „Geschichten aus dem Wiener Wald” van Joh. Strauss. Er was geen bepaald souper, maar kellners liepen geregeld af en aan om bestellingen aan te nemen en uit te voeren. x) i Mei begon de dienst, waarbij op den eersten dag een lo.ooo menschen waren vervoerd, maar reeds den vol genden dag liep de maatschappij een proces-verbaal op wegens het te laat komen van den laatsten trein, en wel op bevel van niemand minder dan den minister van Justitie, wiens naam ik hier maar niet zal noemen. Zooals meestal bij nieuwe exploitatie, liepen de treinen in het begin niet allen op tijd, alhoewel het hier nogal geschikt scheen te hebben, maar de volksfeesten, te Gouda op 2 Mei ter eere van den nieuwen spoorweg gehouden en de daarmede in verband staande drukte op den spoorweg zelve, maakte, dat de laatste trein in plaats van om 11.10 te 12 uur het station Den Haag binnenstoomde. Zijne Excellentie was daardoor zoo verbolgen, dat hij den eersten den besten politieagent beval proces-verbaal op te maken. Of de sta tionschef al opmerkte, dat het bij de opening van de spoor-

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1909 | | pagina 338