364
VAN EEN AAP IN I 777.
venu
Dit laatste heeft de heer Vosmaer dan ook gedaan in
het bovenaangehaalde werk, dat wel de moeite van het
lezen waard is, vooral om de naïveteit, waarmede dit
dier beschouwd werd; immers men meende toen meer
met een soort wild mensch dan met een dier te doen
te hebben.
De aap was dus ziek „volgens eene loffelijke gewoonte
dezer diergaarden” zegt Vosmaer. Geen wonder! Het
arme dier, dat al twee niet onbelangrijke zeereizen
achter den rug had, had aan boord onbeperkte vrijheid
genoten en had dikwijls met de matrozen gespeeld, van
wie het allerlei kunstjes en manieren had geleerd. En
na een figuurlijk en letterlijk „zonnig” leven aan
de Kaap werd het in een hok gesloten met een ketting om
dans ses pattes de devant, dont elle se sert, ainsi que
toutes les espèces de singes, comme nous faisons de
nos mains, soulevant et repoussant des corps d’un poids
considerable
Souvent elle donne des marques d’une intelligence
plus qu’animale.
A l’approche de l’hyver il lui est venu sur la tête
&c. plus de poil, et d’une couleur aussi plus noire.
D’abord elle avoit assez de vivacité naturelle, quoiqu’avec
quelque chose de triste dans son air; mais a present
qu’elle paroit être tombée en éthisie, elle se tient fort
tranquille et devient extrêmement maigre; de sorte qu’on
craint de la perdre, malgré tous les soins qu’on se donne
pour lui procurer un bon gïte &c.
Il y a plus d’un siècle qu’un pared animal fut envoyé
d’Angola a son Alt5 Serme le Prince Frédéric-Henri
d’Orange &c &c &c.
Mr. Vosmaer se prépare a donner incessamment une
plus ample description de celui-ci.”