EENE ZEVENTIENDE EEUW.SCHE LOTERIJ.
405
h Obreen’s archief III bl. 257
2) Hans of Jan Jordaens de Oude werd in 1579 te Ant
werpen geboren en was leerling van Maarten van Cleef. Hij
huwde met de weduwe van Frans Pourbus (overl. 1580) en
woonde in 1604 te Delft. Hans of Jan Jordaens de Jonge werd
in 1617 of in 1626 te Delft geboren, bezocht Italië en was later
te ’s-Gravenhage en te Voorburg gevestigd.
Deze beide schilders zijn niet te verwarren met den bekenden
Jacob Jordaens te Antwerpen, 1593- 1678.
loten wordt vermeld, zoodat wij niet kunnen nacijferen
of de kans op winst in eenige evenredigheid stond tot den
voor elk lot te betalen prijs. Zeker is echter, dat op een
groot aantal koopers werd gerekend. De bijgevoegde
prijzen in zilver vertegenwoordigen reeds eene waarde
van 380 gulden, gelijkstaande met de opbrengst van
2660 loten.
De aankondiging draagt geen vermelding van hetjaar,
waarin de loterij gehouden is. Uit den vorm der druk
letters valt te vermoeden, dat dit geschied moet zijn in
de eerste helft der 17de eeuw en hiermede stemt overeen,
dat Abraham Lenaertsz. van der Beest in 1603 in het
Haagsche Sint Lucasgilde werd opgenomen en in 1620 in
het „Dagbouck van Schout, Burgemeesteren en Schepenen”
van ’s-Gravenhage vermeld wordt, wegens de hem op
22 Februari van dat jaar verleende vergunning om „een
biersteeckerye alhyer in den Hage te mogen oprechten”.
De aankondiging luidt:
„Verclaringhe hoe ende in wat manieren Abraham
Lenaertsz. van der Beest, met advijs van den Bailliou,
Burgemeesters ende gherechte van ’s Graven Haghe, heeft
opghestelt dese- navolgende stucken schilderye, tot 43
int ghetalwaer onder oock sommighe zijn dewelcke
ghemaeckt zijn van meester Hans Jordaensz. 2), al t’samen
verciert met vergulde lijsten.