DE PROTOCOLLEN DER HAAGSCHE NOTARISSEN.
75
UIT
alhier in den Hage niet en arriveerde, maer onder weege
bleven, dat echter de voorss. Verbruggen gehouden sal wesen
de leverrantien der vogelen in vougen alsvooren te doen, ende
dat van jare tot jare geduijrende het leven van de respective
comparanten, ofte soo lange de voorss. Verbruggen 't effect
van den octroije, van sijne konincklijcke Majesteijt van Dene-
marcken hem verleent, sal genieten, gelijck hij ’t selve tegen-
woordich genietende is, ende oock anders niet, als wanneer
de voornoemde De Gyer wederom sal blijven in sijn geheel,
ende de voornoemde Verbrugge voor de voorss. De Gyer,
comende te overlijden, mitsgaders desselffs Verbruggens naer-
comelingen sijn recht van de Hoochgemelde Zijne Conincklijcke
Majesteijt van Denemarcken vercrijgende, d’selve alsdan, ende
oock anders niet, verbonden sullen sijn naer te comen ende
te voldoen allen 't geene bij den voorss. Verbruggen bij des en
is belooft, mits dat den voornoemde De Gyer in dat cas oock
sal sijn verobligeert te presteren alles dat bij hem mede in
desen contracte aengenomen ende belooft is; derhalven sal den
voornoemde De Gyer tot desselffs Verbruggens behoeve afstande
doen, gelijck hij doet bij desen van alle soodanigen recht,
actie ende pretensie, als hij eenichsints heeft ofte meent te
hebben op de valckevangerije in Noorwegen, tot wat plaetse
het oock soude mogen sijn, ende namentlijck mede van de
valckevangerije op Wardehuijsleen, alle welcke recht, actie
ende pretensie, ’t sij bij octroy van Hoochgemelte Sijn Coninck
lijcke Majesteijt van Denemarcken ofte andersints bij hem De
Gyer verkregen, hij bij desen cedeert, overdragt ende trans
porteert aen den voornoemde Verbruggen, beloovende hem
daermede na desen geensints te behelpen nochte den voor
noemde Verbrugge, sijn knechts ende dienaers ofte 't recht
van hem vercrijgende in de vreedige possessie van de voorss.
valckenvangerije door het voorss. geheele rijck van Noorwegen,
te wat plaetse het soude mogen zijn, geen van dien uijtgesondert,
eenichsints te turberen ofte mollestatie aen te doen nochte
oock te gedoogen, dat hetselve bij ijemant anders, wye het soude
mogen sijn, uijt sijn De Gyers hooffde gedaen sal werden, maer
dat hij De Gyer ter contrarye hem Verbruggen alle faveur
ende behulp (doch buijten sijne schade) sal doen tot het weren
van alle beletselen ende empeschementen, die hem Verbruggen
bij yemant anders, wye het oock soude mogen zijn, aengedaen
soude mogen werden, met dese expresse stypulatie, dat yndien
den voornoemde De Gyer daerin eenichsints soude mogen