136 EEN AANZIENLIJK KATHOLIEK HAGENAAR IN DE l8DE EEUW. even i) Waarschijnlijk betreft dit den boedel van de weduwe Buat (Elisabeth Musch), waarvan de finale scheiding plaats had 24 Febr. 1730. (Elisabeth Musch, door M. G. Wildeman 1896 p. 96.) Aan die tafel toch zal hij, behalve de omvangrijke correspondentie, die in 1744 in een half jaar de somma van 44 -12 aan briefport kostte, waarschijnlijk vele van de aanteekeningen hebben gemaakt, waaruit ik thans bezig ben ’s mans doen en laten in een kader te zetten en waaruit wij o. a. vernemen, dat hij in den aanvang van zijn praktijk nog een vrij groot salaris ontving ten laste van de erfgenamen van wijlen den raadpensionaris Cats. Onbewust waarschijnlijk werden in die zaken-registers, die dagelijks werden bijgehouden, ook nog aanteekeningen gemaakt voor toekomstige meteorologen te teekenen. de gemoedelijke naïveteit, „7 Oct. 1756. Heden ende gepasseerde nacht is er een „zwaar tempeest geweest. „Sept. 1762.Is de windt zuid geweest, en is bijna „een geheel jaar in ’t zuid gebleven Sept. ’63”. In zijn bezigheden werd de heer des huizes dan wel eens gestoord, zooals bv. den i5en Juni 1749 door een „publicque collecte voor die van Bergen-op-Zoom”, waar voor door „hemselfs” op de schaal werd gelegd 5—3. Maar hij verzuimde die bizonderheid dan nooit, als goed financier, onmiddellijk aan Als een staaltje van de gemoedelijke naïveteit, waar mede onze voorouders gewoon waren zaken van den meest particulieren aard, bijwijze van inval, tusschen zakelijke aanteekeningen in hun registers te noteeren, kan ik niet nalaten even deze aanteekening over te nemen „25 Febr. 1747. Op heden ben ik, God Loff, geworden „Zestig JaarenMemorie”.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1910 | | pagina 148