EEN AANZIENLIJK KATHOLIEK HAGENAAR IN DE l8DE EEUW. I59
1) Erasmus Dringberg, stadschirurgijn.
2) Berichtboekje van den Haag 1762 1763, fol. 25.
Hij teekent dit den 19 Juli 1755 als volgt aan:
„De kiste aan den nieuwen deken Bruweys met alle
de charters en papieren onder quitantie overgeleevert,
soomede de sleutels tot die kiste behoorende”.
Zijn gezondheidstoestand liet evenwel niettegenstaande
kleine aanvallen van jicht en lendenschot, weinig te
wenschen over, dank zij de goede zorgen van „chirurgien
Dringenbergh” en van den huisdokter Adrianus Groenen,
die in zijn buurt, in de Nobelstraat, woonde en die zich
voor zijne diensten zeer goed betalen liet; en ondanks de
likkepotjes van den apotheker Theodorus Hanneman die
hiervoor in één jaar maar 7512 in rekening bracht.
Pater Julien, de huisgeestelijke ontving voor zijn diensten
gedurende een ziekte 25.Deze pater Julien, wiens
kloosternaam wasde la Croix, was een Carmeliet en
van 1737 tot 1766 pater in de Assendelftstraat.
Ik wilde maar zeggen, dat Mr. H. v. P. met dit alles
weer op de been was en zich zoo wel gevoelde, dat hij
den 9 Nov. 1756 een soupeetje kon gaan bijwonen bij zijn
vrienden den advocaat en mevrouw J. de Roy in de
Wagenstraat, waar ook tegenwoordig waren Bernard
de Roy, „colonel van de infanterie en iste directeur
van de fortificaties en approches ten dienste van deze
stad” en neef en nicht Wittert, die op de Plaats woonden
en dat jaar pas getrouwd waren 2). Mr. Cornells Johan
Wittert, die 22 April 1754 met Jacoba Maria de Wante-
naer was getrouwd had zich als advocaat in den Haag
gevestigd. In 1712 werd hij advocaat voor de Hoven
van Justitie van Holland, nadat hij in 1778 naar de Zuide
lijke Nederlanden was vertrokken, waar 'hij zich had laten