Bakkerstraat. STRAATNAMEN WAARVAN GEEN VERKLARING WORDT GEGEVEN. In het begin der achttiende eeuw was de grond tusschen de Breestraat, het oude leen Kortenbosch en de Haagsche Singel voor het grootste gedeelte nog onbebouwd. Op 12 November 1714 kocht het College van de Sociëteit van den Haag een huis met erf en grooten warmoestuin aan den Noord-West-Binnensingel of Noordwal, belend ten Zuiden door een landweg in het verlengde van de Snoekstraat, om tot een begraafplaats te worden aangelegd. Deze landweg, waaraan het Noorderkerkhof, zooals het naar de windstreek genoemd werd, zijn hoofdingang had en die waarschijnlijk lang onbebouwd is blijven liggen, werd in de volksmond genaamd het Leeg-erf, de algemeene benaming voor een onbebouwd stuk grond. Langzamerhand werd deze buurt met kleine huisjes bebouwd, maar het „Leeg-erf” of „Lug-urf” zooals het in de volksmond genoemd werd, kwam later in slechten reuk en het gehalte der lug-urvers” was van dien aard, dat het synoniem was met uitvaagsel. Toen dan ook het kerkhof gesloten werd en op die plaats o.a. een school werd gebouwd, werd de eenige toegang op den Noordwal gemaakt. Eerst in 1897 kwam in dezen toestand verandering;

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1910 | | pagina 270