i HAAGSCHE STRAATNAMEN. Her der slaan. 258 Deze is genoemd naar den schaapherder Cornells Leendert Dorresteijn, die daar zijn schaapskooi had. In 1858 kocht de schaapherder Jan Holterman van de Wed. Jacobus van der Kooij een schaapskooi met daarbij behoorend erf in den Zusterpolder aan den Zuid- J. M. Droogendijk. Rotterdamsche straatnamen. 1910 p. 83. 2) j. Ter Gouw. Oorsprong en Afleiding van de namen der grachten, pleinen, straten enz. te Amsterdam 1859 p. 113. 3) N. van der Monde. Beschrijving van Utrechts pleinen, straten en stegen 1844 dl. I p. 303. 4) ’s Gravenhage in onzen tijd 1893 p. 16. het eerst onder dien naam voorkomt, waarschijnlijk zal zijn geweest. Pas in het begin der zeventiende eeuw werd het terrein, waarop eertijds de lakenramen stonden, bebouwd, waardoor de Raamstraat ontstond, terwijl de Luthersche Burgwal, naar het St. Elizabeth Zusterhuis, oor spronkelijk Zustersloot geheeten, een landweg was, waardoor omstreeks 1614 een gracht werd gegraven, aan welke gracht achtereenvolgens huizen werden gebouwd. Die burgwal of liever gezegd het verlengde daarvan, de Paviljoens gr acht, wordt ook een enkele maal Groenebzirgwal genoemd. Het komt mij daarom waarschijnlijk voor, dat de Groenen- dalstraat evenals haar naamgenoot te Rotterdam de Groeneburgwal en Groenegang te Amsterdam 2) en de Groenesteeg te Utrecht s) haar naam zal hebben ontleend aan het groene lommer, dat daar eertijds was. De bewering van Johan Gram, dat de straat genoemd zal zijn naar een harer bewoners 4), wordt door niets gestaafd. De Groenendalstraat heeft van omstreeks 1650 1844 den naam Gerbrandstraat gedragen. Ik kom hierop later terug.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1910 | | pagina 276