124 DE GESCHIEDENIS VAN SOFIA VAN NOORTWIJCK. Of er huisgezin ledig hersteld is Vredig was het zeker niet in den huize Barnewall het Hof reeds bevooroordeeld maakte. Dit gaf op 28 Juli 1704 aan den man gelijk en veroordeelde de vrouw tot hem terug te keeren. Deze uitspraak luidde als volgt: na al deze hevige tooneelen rust kwam in het en of de vrede tusschen de echtgenooten vol- er is alle reden daaraan te twijfelen. Op de differenten geresen voor den Hove van Hollant tusschen Sophia van Noortwijck, getrout met Robbert Barnewal eysscheresse in R. A. ende verweerderse in reconventie ter eenre ende den voorn. Robbert Barnewal, Schildknaap ende Capiteyn ten dienste van Hare Majesteyt van Groot Brittanje, sigh gehouden hebbende voor gedaghvaart, en zulcx verweerder en eysscher int voorschr. respective cas welke voorschr. qualiteijt bij sijn voorn, huysvr. wel specialijk werd gedesadvoueert, ten anderen zijde, die bij de commis sarissen ter audiëntie van de Rolle gecommitteeft, gehouden ende gereserveert waren in advis aan’t Col- legie van den Rade ’t voorschreve Hoff, gehoort het rapport van de voorschr. Commissarissen en de naar lange communicatie ende rijpe deliberatie in den voor schr. Rade daar op gehadt, uyttende ’tselve advis in reconventie, comdemneert de verweerderse int selve cas bij provisie wederom te komen ende te blijven onder de maritale maght van den eysscher in recon ventie, ende met denselven in bijwoninghe soodanigh te leven ende haar te houden als een Christelijke ende ordentelijke huysvrouwe betamelijck ende volgens de wetten deser landen verschuldight is. Gedaan in den Hage den 28 Juli 1704.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1911 | | pagina 133