i63
HAAGSCHE STRAATNAMEN.
bestaan; maar nadat in het begin der 18e eeuw de herberg
„De Frissche Romer” daar een algemeene bekendheid
had verworven, verdrong de naam Slop van den Frisschen
Romer den oorspronkelijken naam geheel en al.
Intusschen werd het slop in de 17e en 18e eeuw ook
een enkele maal aangeduid als Singelstraat, naar de nabij
gelegen Singelgracht en Slop van Grimbergen, naar den
juwelier Gillis Grimbergen, die daar eenige perceelen in
eigendom bezat.
Nadat dit slop in 1854 was doorgetrokken tot den
Zwarteweg werd deze nieuwe verkeersweg officieel
gedoopt in Nieuwe Havenstraat, ’t Is jammer, dat men
deze straat toen niet wederom Blijkerstraat heeft genoemd.
De Heerengracht heeft zich ook in verschillende be
namingen mogen verheugen. Oorspronkelijk aangeduid als
,,’s Gravenpad buyten ’t oosteynde van de Pooien” of
„Heerebaan te.ynde de Pooten” werd deze omslachtige
benaming in het begin der 17e eeuw vervangen door
die van Klein Bleyenburg, terwijl zij later Heerengracht
en ook wel Scheelhol genoemd werd.
Eigenaardig is het, dat Dekkerslaantje (thans Laan van
Meerdervoort) en zijn naamgenoot aan den Bezuidenhout
(de voormalige Laan van het Huis ter Noot), welke 3
eeuwen vroeger voorkomt, beiden naar een zekeren Jacob
den Dekker zijn genoemd.
Sommige namen van straten worden slechts één enkele
maal vermeld, ’t Zijn in den regel vreemdsoortige namen,
waarvan de herkomst moeilijk of in ’t geheel niet is na
te gaan. Meestal komen zij voor in de registers van het
straatgeld, de verpondingskohieren of de buurtbrieven. Wij
moeten daarbij natuurlijk rekening houden met de eigen
dunkelijkheid van een klerk, terwijl de mogelijkheid ook
niet is buitengesloten dat een grappenmaker een naam
van eigen vinding heeft neergeschreven.