183
HAAGSCHE STRAATNAMEN.
Kooltuin {Plein}.
besluit van 28 Aug. 1819 nr. 2 door Waterstaat aan de
gemeente in eigendom afgestaan en is kort daarna gesloopt.
De oude kooltuin der graven, welke evenwel in de
middeleeuwen iets grooter was dan het Plein thans is, wordt
reeds genoemd in 1316 In 1517 werd hij door den
toenmaligen stadhouder geheel omgewerkt tot een nieuwen
boomgaard, waarin behalve vruchtboomen en rozen een
eenvoudig ingericht nieuw zomerhuis werd gebouwd 2).
In 1633 besloten Gecommitteerde Raden van Holland met
goedkeuring van Prins Frederik Hendrik „tot het beni-
ficieren van de graefelickheids tuyn”. Weldra verrezen
hier verschillende aanzienlijke woningen. Gelukkig week
men van het oorspronkelijk denkbeeld om in den Stad-
houderstuin zooals de meer algemeene benaming was,
straten aan te leggen, in zoover af, dat het middenge
deelte open bleef om het tegenwoordige Plein te vormen 8).
Nadat de vruchtboomen waren geveld, werden twee lanen
van lindeboomen kruiselings op het nieuwe terrein aan
geplant, dat van toenaf een der sieraden van dit nieuwe
stadsgedeelte was 4). In 1764 moesten de boomen van deze
kruislanen evenwel ook worden omgehakt, omdat de
Hertog van Brunswijk de wachtparade van de Kavalerie
eveneens daar wilde doen plaats hebben. Op verzoek van
den Hertog en van Prins Willem V werden het volgend
jaar, ten behoeve van de officieren, op het Paradeplein 4
banken geplaatst.
Deze wachtparade, welke ’s morgens ten 11 ure door de
J) Mededeelingen I p. 279.
2) Die Haghe. Bijdr. en Med. 1903, p. 153.
3) Veegens. Historische studiën. I p. 110.
4) T. v. Westhreene. Residentie-album, p. 2.