DE GESCHIEDENIS VAN SOFIA VAN NOORTWIJCK.
24
Een feit is het, dat haar omgang met dezen ook niet
zonder gevolgen bleef. Op Dinsdag voor Pijnakker-kermis,
waren de diensten der vroedvrouw Lysbet-moer ander
maal noodig. Een meisje kwam ter wereld dat onmid
dellijk door den Pater Jesuit Verburg werd gedoopt en
na de plechtigheid naar Delft gebracht werd en daar uit
besteed bij de minne Emerentia van der Valk. Na deze
gebeurtenis, werd de band tusschen Sofia en haren min
naar nauwer. Deze woonde meer ten huize der weduwe
Van Noortwijck dan ten zijnent en het paartje leefde
er lustig op los. In gezelschap der moeder maakten ze
tochtjes per rijtuig naar de omliggende dorpen, en
wanneer ze ergens bleven overnachten ging Sofia door
voor de vrouw van Pereyra. Salomon bezat een hoeve te
Moordrecht, die ze meermalen bezochten en waar zij gasten
ontvingen, openlijk uitkomende voor de onregelmatige
verhouding waarin ze tot elkander stonden. De proces
stukken bevatten ettelijke bizonderheden omtrent de schaam-
telooze wijze, waarop ze met elkander verkeerden, en het
is beter deze niet te vermelden x). Het dochtertje, dat
de naam Mietje had gekregen kwam, toen het een paar
jaar oud was, bij de weduwe Noortwijck aan huis, en
J) Wanneer men geloof mag slaan aan de verklaringen af
gelegd door de getuigen Robbert Gerrits en door Abraham
Lantsberger, bedienden van Salomon Pereyra, moeten zich te
Moordrecht schandelijke tooneelen in tegenwoordigheid van
Mevrouw van Noortwijck afgespeeld hebben, waaruit blijkt
dat zij zich vaak gedroeg als eene deerne van het allerminste
allooi.
Na de déconfiture van Salomon werd ook op Moordrecht
beslag gelegd en volgens het notarieel register No. 1500 gaf
de Vader Jacob Pereyra op 31 Mei 1700 aan den Procureur
Mr. Joachim Huijsen de opdracht, om sigh te transporteren
van den Hage na Moordreght en aldaer in des Compts name
te assisteren de ontsegelinge van de meubilen van d’ hr.
Salomon Pereyra.