HAAGSCHE STRAATNAMEN.
333
Geb. in 1724 te Hanau en overleden te ’s-Gravenhage
30 Nov. 1804.
Schoorsteenstraatje Schoorsteenvegerstraatje)
Zie I p. 318.
Schotsche kwartier (St. Jacobstraat en Padmoes).
De geheele buurt begrensd door St. Jacobstraat
Spui, Gedempte gracht en Bezemstraat, waarop de
Nieuwe Kerk is gebouwd, wordt op den plattegrond
van Blaeu van 1650 het Schotsche kwartier genoemd
naar de Schotsche soldaten in dienst der Republiek,
die daar veelal verblijf hielden. Reeds in 1606 kocht
Adam de Bruyn „Schotsman” een ledig erf en Abraham
Chamber „Schotsman” een huis in ’t „Padmos"
Zie Padmoes.
Schro otstraat je Sch oorsteenvegerstraatje)
Genoemd naar Jhr. Jacob Schroots, heer van Werm
gehuwd met Anna van Hardinxvelt.
In 1657 werd verkocht een huis „daar voor dezen
uytgehangen heeft de stadt Heydelberch” in ’t
Schrootstraatje, tusschen het Voorhout en de Hooge
Nieuwstraat.
Zie I p. 318.
Schuddegeestweg (Javastraat)
Zie Laan van Schuddegeest.
Serrurierstraatje Gerbrandstraaf).
Genoemd naar Johan Jacob Serrurier, achtereen
volgens predikant te Amerongen, Barnevelt, Zwolle
en sinds 1767 te ’s-Gravenhage, geh. met Johanna
van der Streng, die om den hoek van dit straatje,
aan de Groote Markt woonde.
Het Scrrurierstraatje wordt o. a. vermeld in Van der
Poth’s Wegwijzer door ’s-Gravenhage 1832 p. 21.