364 HAAGSCHE STRAATNAMEN. Hoewel in de achttiende eeuw herhaaldelijk ge sproken wordt van Kromme Poten (Koediefstraat) of Wijnstraat, schijnt met deze laatste benaming althans op het einde der i8e eeuw uitsluitend de Kleine Koediefstraat bedoeld te zijn, zooals o. a. blijkt uit de wijkverdeeling van 1797 en uit het kohier der verponding van 1806, waar Koedief- en Wijnstraat onderscheiden worden. Zak. (De) Achter de Groote Kerk, tegenover den toren, tusschen de huizen thans gemerkt nos. 12 en 17. Van gelijke beteekenis als het Fransche Culdesac, eene straat die blind loopt, zooals hier het geval is, of die aan het einde afgesloten is. In dit slop was de toegang tot het voormalige St. Agnietenklooster, thans Weeshuis van de Fundatie van Renswoude, in het Wesieinde, welke toegang nog bestaat. In 1801 werd verkocht een huis achter de Groote- of St. Jacobskerk op den hoek van een gang of poort, genaamd De Zak. Zie Dienderspoort. Zak op den Singel. (De) (Waarschijnlijk Praktizijnshoek). In 1707 werd door het Domeinbestuur aan Jacobus Scheltus verhuurd het koetshuis in den „Sack op den Cingel" vroeger in gebruik geweest bij den Stadhouder. Vermoedelijk later genoemd Hoek van den Hofsingel. 7a& aldaar en I p. 270. Zand ft) (oorspronkelijke benaming voor Hooge Zand en Lage Zand). De eerste straat was in het begin der 18e eeuw nog een gracht. Bij den verkoop van een huis in

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1911 | | pagina 386