DE GESCHIEDENIS VAN SOFIA VAN NOORTWIJCK.
40
Het heeft allen schijn alsof Pereyra dacht over de
ontbinding van zijn huwelijk met Judith Nunes de Bayona
en over het aangaan eener nieuwe verbintenis met Sofia.
Schriftelijk heeft hij over dit punt en de mogelijkheid
daarvan van gedachten gewisseld met een jurist te ’s Her-
togenbosch, Mr. Hendrik Keijser. Op 12 Juli 1699 liet
Salomon Pereyra een extract lichten uit de huwelijks-
proclamatie boeken van ’s Gravenhage.
Hij zond dit document naar Den Bosch, in begeleiding
van een vragenlijst. Mr. Keijser bestudeerde de kwestie
en gaf daarop eenige dagen later schriftelijk advies, dat
wij hieronder in extenso mededeelen.
Een Jode is getrouwt met eene Jodinne, den Jode
werdt daernae een Christen, de Jodinne blijft in haer
Joodsche gelooff, sonder met hem insgelijcx Christen
te willen werden.
De vrage is
Of alsulcke gewesene Jode, geoorlooft is, sijne ge
trouwde Jodinne te verlaten, en met een Christen,
in ander houwelijck over te gaen?
Gevraecht het advyes van d ondergeteekende advo-
caet enz. Dewijlen bij den 4 articul van het notoir
Echt-reglement over de Steden, en ten platte lande,
in de heerlijckheden en dorpen, staende onder de
Generaliteyt gemaeckt en geemaneert, met klaere
woorden, wel duydelijck is gestatueert: dat geen van
de Roomsche Geestelijckheydt, ofte van eenige secte,
soo se mogen genaempt zijn (inotanter:) haer sullen
onderwinden iemandt in ondertrouw op te nemen, te
trouwen, ofte hertrouwen, op peene voor d’eerste
reyse, dat allen de soodanigen, de plaetsche haerer
wooninge, ofte residentie, terstont sal werden ontseyt.
Ende dat daer-en-boven soodanige ondertrouw, sal