DE GESCHIEDENIS VAN SOFIA VAN NOORTWIJCK. 52 Salomon liet de moeder en dochter dadelijk verwittigen van hetgeen hem boven het hoofd hing en gebruikte daarvoor de bemiddeling van Sofia’s schoolkameraad Johanna Verhaar 1), die hij eens geholpen had door haar 500 gulden te leenen. Mevrouw Van Noortwijck verschafte Pereyra eene vermomming, waarmede hij uit den Haag vluchtte, doch de justitie hield hem in het oog, zoodat hij te Delft ingerekend en aldaar in het verbeterhuis gezet werd. Nu begrepen de dames Van Noortwijk, dat zij middelen moesten beramen om te voorkomen, dat alles wat zij aan kostbaarheden of geldswaarde, van Pereyra afkomstig, in hun bezit hadden, in beslag genomen kon worden. Om over deze aangelegenheid met hem te kunnen correspondeeren, werd de vrouw uit het verbeterhuis omgekocht. Dit kostte natuurlijk geld en Sofia gaf haar, met voorkennis van Pereyra, verschillende kostbaarheden, h Rijksarchief dossier 5194; Johanna van der Haer leende den 13 Juli 1696 van Salomon Pereyra f500 om over twee maanden terug te betalen. Johanna bewees daarvoor ook diensten en stelde haar woning voor nachtelijke samenkomsten ter beschikking van Salomon en van Sofia. Later werd het minnend paar minder gegeneerd en leefden zij te samen in het huis van Mevrouw van Noort wijck. Sofia sprak haar vriend in hare brieven soms zonderling aan, zoo vinden wij in een epistel de uitdrukking „Gatie van confijten”. In het begin hunner verhouding schreef zij hem, „komt bij mijn met ie naght tabbert, maar ik sei make, dat ie geen mens sel sien, doet het dogh of ik ben doot”. is geresolveert den Procureur Generaal alsnu conform ’t geresolveerde van denselven 19e te gelasten dat hij sich tegen de Wed. N. en hare Dogter nopends der- selver conduites en ergerlijk leven informeert. En is daar op aan den Pr. Gen. binnenstaende deselve resolutie door den Heere President notzaekelijk en serieuselijk bekent gemaakt.”

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1911 | | pagina 61