DE GESCHIEDENIS VAN SOFIA VAN NOORTWIJCK. 73 huysvrouw van den voornoemde Salomon Pereira wonende alhier in den Hage, den Hove van Hollant bij requeste hebben te kennen gegeven dat den eersten suppl'. een getrouwt man zijnde, sich soo verre heeft laten verleyden, dat denselven met Sophia Noortwijck oneerlijk geconverseert en de pligt van een gehuwt man heeft te buyten gegaen. Dat den voorn, eersten suppl'. in en door deselve conversatie had begaen verscheydene buytensporigheden dewelke de suppl". wel gewenst hadden dat bij den eersten suppl1. waren nagelaten geweest, dat daeromme den tweden suppl1. hadde moeten resolveren aen dese Hove reqte. te praesenteren en daer bij te versoeken, gelijk als hij suppliant ook hadde geobtineert, authorisatie omme den eerste suppl'. op een verseeckerde plaatse te confineeren, alwaar den selven eerste suppliant nogh door inductie en misleydinge van Sophia van der Maa en Sophia Noortwijck verscheyden actens ten hare behoeve tegens de waarheyt heeft gepasseert, en ge- antidateert, en dewijle de supplianten bedugt waren, dat misschien ter sake voorsz. bij den Fiscael eenige acte tot laste van den eersten suppliant soude mogen worden geimpetreert en dat sij suppl". sulks niet gaarne souden sien en aan de andere zijde ook ver hoopt wierde, dat het Hoff de voornoemde misleydingen en door lossigheit begane fouten van den eersten suppliant met oogen van gratie soude gelieven aen te sien, soo keerden de supplianten henlieden tot desen Hove, seer ootmoedelijk versoekende, ten eynde het Hoff den eersten suppliant over zijne voorsz. abuysen en faulte geliefde te ontfangen in submissie. Soo ist, dat ’t voorz. Hoff den voornoemden eersten suppliant ontfangen heeft ende ontfangt hem mits desen in submissie, condemneert hem ter saeke voor-

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1911 | | pagina 82