INLEIDING. Zéér bescheiden verscheen in 1888 het eerste „Haag- sche Jaarboekje”, tevens almanak voor 1889, onder redac tie van den heer A. J. Servaas van Rooijen, bij den uit gever W. Cremer. Het kalenderwerk besloeg meer dan een derde der ruimte, het historische mengelwerk niet meer dan ruim 100 bladzijden. Maar al was de eerste stap bescheiden, er zat toch durf in en het vertrouwen bleek er uit, dat men in den Haag werkelijk smaak zou hebben in wat er te vertellen viel uit en over het verleden. Maar eerst ging het nog niet al te best. De uitgever klaagde en de redacteur bracht de klachten over. Toch hield deze vol. En na eenige jaren in September 1891 nml. slaagde hij er in aan het boekje den ruggesteun te geven eener vereeniging, wier „orgaan” het met den jaar gang 1892 worden kon. De uitgever was voortaan de firma Mouton Co. Het was een voor de Haagsche histo- rie-beoefening gelukkig feit, die oprichting der vereeni ging „die Haghe”alleen reeds als wij terugzien op de nu al twintig deelen, die haar „orgaan” telt, worden wij daarvan doordrongen. En de ijverige man, die èn tot het „Jaarboekje” èn tot de Vereeniging het initiatief nam, verdient zeker ten volle dat zijn portret tegenover den titel van dit deel staat, ook al hebben jongeren zijn werk overgenomen en volgens andere inzichten voortgezet. Zij trouwens zijn de eersten om te erkennen hoeveel zij voor

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1912 | | pagina 9