vergoeding kon worden weggenomen en eene nieuwe bepaling had
gemaakt, waarbij het schiethuis door de Gemeente zal worden over
genomen tegen een waarde te bepalen door drie schatters, waar
van twee te benoemen door partijen cn een derden door die beiden.
Op het concours van 29 October 1874, het laatste op de oude
banen, nam Z. K. H. de Prins van Oranje het woord en wees bij
het uitreiken van de prijzen op de genoegelijke uren, die men op
deze plek, waar men nu het laatst tezamen was, had doorgebracht
en stelde voor eene photographic van dit oude schiethuis te doen
nemen en dit in het nieuwe tot een aandenken te bewaren.
Verder gaf Z.K.H. den wensch te kennen het 40 jarig bestaan van het
Gilde zoo feestelijk mogelijk te vieren, terwijl Z. K. H. het voornemen
had, de muziek, die er bij noodig zou worden geacht, te bekostigen.
In de vergadering van 20 Maart 1875 deelde de voorzitter mede
dat het schiethuis gereed was. De kosten waren echter tegenge
vallen en er bleek een tekort te zijn van f 1500, waarvoor het
bestuur een nieuwe geldleening had willen sluiten. Z. K. H. Prins
Hendrik der Nederlanden, de handelingen van het Bestuur goedkeu
rende, vond een nieuwe leening echter te bezwarend en gaf daarom
de ontbrekende f 1500 aan het Gilde ten geschenke. De President
betuigde daarop Z. K. H. namens alle leden innigen dank voor deze
koninklijke gift, een zoo sprekend bewijs van warme belangstelling,
van innige sympathie voor de vereeniging; namens het Bestuur, dat
reeds dadelijk bij zijn optreden zooveel steun bij Z. K. H. had ge
vonden en nu in plaats van financieele bezwaren zoo’n heugelijke
tijding mogt verkondigen en ook namens het nieuwe Bestuur, dat
straks verkozen zou worden en zich nu niet meer in finantieele
banden bekneld zal voelen. Ontbraken hem de woorden om aller
dankbaarheid genoegzaam uit te drukken, hij kon Z.K.H. de ver
zekering geven, dat allen, Bestuur en leden zooveel mogelijk zullen
medewerken tot den bloei der vereeniging. Het „Leve de Prins
Beschermheer” klonk toen met enthousiasme en herhaaldelijk uit
ieders mond en schonk den leden de gelegenheid hun vol gemoed
uit te storten in een kreet van dankbaarheid.
Vervolgens werd besloten, dat de inwijding van het schiethuis
en baan zou plaats hebben op Zaterdag den 17e" April ten een ure.
Het Bestuur zou Z. M. den Koning uitnoodigen deze plechtigheid
met Hoogstdeszelfs tegenwoordigheid te willen vereeren. Dien dag
14
HET HAAGSCHE SCHERPSCHUTTERSGILDE PETIT ST. HUBERT. 269