86
en Erpach, aan de Gravin van Portland, aan de Keizerin van Rus
land, aan de steden Hamburg, Frankfort, Lubeck, Regensburg,
Augsburg, Neurenberg, Dantzig, Breslau, Erfurt, Straatsburg, Essen,
en Dortmond, aan het Consistorie in Dresden, alsmede aan de
Hertogen van Brunswijk, Saksen-Coburg en Saalfeld.
Inmiddels werd met de zaak voortgang gemaakt en naar eene
geschikte woning, om tot weeshuis in te richten, omgezien. In de
vergadering van 5 November had men reeds eene geschikte woning
op het oog, nl. een pand gelegen aan de Herderstraat en toebe-
hoorende aan den grutter Van Alphen, die daarvoor f 5200.—
vroeg. Er werd besloten, dat de Oudraad Van Meurs een en ander
nog eens goed zou opnemen en daarvan een plan zou opmaken,
om Zondag daarop deswege rapport uit te brengen. Op den be-
wusten Zondag moest de rapporteur echter aan de vergadering
mededeelen, dat bedoeld pand in de Herderstraat inmiddels reeds
verkocht was.
Deze bijeenkomst heeft echter toch vruchten gedragen, daar men
besloot om ook aan het Hof van Holland en den Magistraat van
den Haag een request als boven bedoeld in te dienen en vergunning
te vragen, om ten beboeve van het te stichten weeshuis eene generale
collecte in de stad te houden.
Het antwoord van de Heeren van het Hof van Holland, waarin
verlof werd verleend om bij alle verdere Hooge Colleges voor het
gevraagde doel te requestreeren, ging vergezeld van eene gift van
f 300.Onmiddellijk daarop werden nu adressen gericht aan de
Gecommitteerde Raden van Holland, aan de Staten-Generaal, aan
den Raad van State, aan den Raad van Brabant, en aan het College
der Sociëteit.
Op 10 Januari 1734 werd het voorstel gedaan om een voor het
bekende doel geschikte woning in de Nieuwe Molstraat aan te koopen
voor de som van f 12000. Algemeen was men echter van oordeel,
dat het raadzaam was vooreerst een huis te huren, totdat zich
eene gelegenheid voordeed om voor billijker prijs te koopen. Deze
gelegenheid liet niet lang op zich wachten, want reeds op 4 Februari
d.a.v. kon Johan Herman Bose aan zijne medeleden berichten, dat
„het kleijne Hofje van den Ridder van Wouw” aan de Beesten
markt voor ƒ3000.— te koop was. Dit Hofje had achter een langen,
schoonen turn, die echter nog voor 6 jaren verhuurd was aan Mej.
VAN DE OPRICHTING DER LUTHERSCHE GEMEENTE, ENZ.
I
I
