de andere Zijdsche West-Vriesland ge- dezen vernemende wat er met hun kameraads gebeurd was, lichtten het anker, zeilden des nachts langs de kust en kwamen ’s morgens met het krieken van den dag voor Scheveningen. „De Schout van der Dorpe, vernemende datter zeerooveren waren, „riep alle de visschers te samen ende vielen se aan boort, ende „namen se gevanghen”. „De Schout zond terstond een „snellen” bode naar den Raad in „den Haghe om van het gebeurde kennis te geven. Ridder Philips „van Wassenaer, destijds baljuw van Den Haag, kwam te Scheve- „ningen en liet al de zeeroovers naar den Haag brengen.” „Ende als zij geexamineert waren, bevant men dat het al zee- „roovers waren, waerom dat zij onthooft werden, ende op raden „gheset tusschen Scheveninghen ende Eijckenduijnen op de hooghste „duijnen, die daar laghen, opdat men se over alle de zeestrange „sien soude, ende den Raet van Hollandt sonden Willem de Bast- „aerdt van Swieten, Procureur Ghenerael in (naar) den Briel met „veel volcx, ende brochten alle de andere Zeeroovers in den Haghe „ende werden mede gherecht ende op raden gheset bij den anderen „op hooghe Duijnen, ende deser wasser omtrent vijftich, alle meest „uijt Oostlandt geboren.” Dit is al, wat ons uit den Grafelijken tijd is overgeblevenmaar men kan er zeker van zijn, dat vóór en na het jaar 1471 nog veel meer van dien aard op de kust vóór Scheveningen is afgespeeld. Van hetgeen gedurende de Republiek is voorgevallen, bleef heel wat meer vermeldenswaardigs over. In 1588, in het midden van den zomer heerschte te Scheveningen en in al de kustdorpen groote onrust; men wist dat de Armada, de onverwinnelijke, waarmede Filips Engeland en onze Republiek zou te lijf gaan, meer en meer naderde. Aan de visschers van Scheveningen en van dorpen werd door de Staten van Flolland en last bij resolutie van den 3011 Juli, terstond naar het strand te komen en bericht te geven aan den Schout, wanneer zij op zee „onraad” bemerkten van „Schepen, Galijen en Pleijten”. Des nachts moest het strand bewaakt worden door een bequaam Persoon te Paerde”. Wanneer aan dit bevel geen gevolg werd gegeven, zou 140 AAN WELKE GEVAREN DE SCHEVENINGERS, ENZ.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1914 | | pagina 150