voor de kaapvaart, daarvan vindt men een voortreffelijk staaltje in
bovengenoemde courant van 6 Maart 1782de redactie schreef daar:
„Dus gaan de Kruistogten van onze weinige Nederlandsche kapers,
met den aanvang van dit jaar gezegend, en dit moet den ingezetenen
inderdaad verblijden en bemoedigen, om door dergelijke onder-
neemingen eenige scha-vergoeding te erlangen, die men zoo billijk
van klogerhand in het groot mag verwagten, en nu reeds zoo lang
met ongedult te gemoet ziet.
De kaapreederij is een Oorlog, die door de Burgerij gevoerd,
en wat meer is, die door Particulieren zelve ingerigt en gedirigeerd
word, daar is schier geene gelegenheid als deze, waardoor de Burgerij
hare Vaderlands-Gezindheid opentlijken aan den dag leggen, en
haare regtmaatigen gevoeligheid tegen den Vijand, met meerder
nut, kragdadig maaken kan, dan door het uitrusten van wel ge
wapende goedbezeilde kapers, en bootsvolk daarop, dat dit spel
gewend is; behalven de importanten voordeelen welke daarbij in
’s Hemels Zegen te behaalen zijn, komen aan den Ingezetenen welke
zijn geld tot zulke ondernemingen waagd, onmiddelijk alle de
Lauwer-Kransen toe, welke aan diegeene regtmatig zijn toegewijd,
die onzen ontrouwen Vijand afbreuk doen.”
Het gelukte aan het bankiershuis Jacques Bergeon Compagnie
te ’s-Gravenhage zulk een Vaderlandlievende Kaap-Reederije tot
stand te brengen 1). Voordeel werd er met de onderneming niet
behaald. Bij de eerste ontmoeting de beste met een Engelsch oorlogs
schip vloog de Dappere Patriot in de lucht.
Van de equipage, die behalve de officieren 46 matrozen telde,
behoorden 17 matrozen en 3 jongens thuis te Scheveningen.
Na den treurigen afloop zonden Bergeon Co. een verzoek
schrift aan de Staten-Generaal om ondersteuning voor de nagelaten
weduwen en weezen en een schadeloosstelling aan de betrokken
reederij. Een gedeelte van dat verzoekschrift volge hier.
„Geven reverentelijk te kennen de Banquiers Jacques Bergeon
1) Volgens de statuten van die reederij moest ieder schip gecomman
deerd worden door een der „Wakkerste, Beroemde, Bekwaame, Stand
vastige, Kloekmoedige en Onverschrokkene, gedetermineerde Zee- en
„Oorlogkundige, voorsigtige Opper-Bevelhebber of Kaptein, die de Zee
„met goede renommee en getuijgenisse minstens 10 a 20 Jaaren be-
„bouwt en ondervanden had.” ’t Is geen bagatel.
AAN WELKE GEVAREN DE SCHEVENINGERS, ENZ.
155
