7
Hun beider vader
19 Juni 1638 voor
was zekere Aaron Hendriksz; zie een acte van
Notaris P. Vroegen (gem. Archief den Haag.)
Js Gravesande en Noorwits, ondanks de zoo verscheiden klin
kende namen, broedersvan Bassen en van Yperen, brengen
de beginselen van den Palladiaansche pilasterstructuur in zwang.
Maar de volledige overwinning van de ideeën van den meester
bezorgde hun Pieter Post, de meest begaafde en, bovendien, meest
individueele der leerlingen, die werkende vaak naar vlug neer
gezette eerste ontwerpen van Van Campen, daaraan toch nog een
eigen karakteristiek wist te geven. Voor den neef van den Stad
houder, graaf Johan Maurits van Nassau-Siegen, den gouverneur
ven Brazilië, bouwde hij het niet genoeg te bewonderen „Maurits-
huis”, voor des Stadhouders secretaris Huygens, den dichter en
Maecenas, een groot huis daartegenover aan het Plein, voor
Buysero, den griffier van den Prins, een ander op den hoek van
het Nieuwe Voorhout, en daartegenover nóg een voor één der leden
van het Hof van Holland, Mr. Willem Goes. En als om weer te geven
hoe de kracht der Republiek-zelve samengevat werd in de vergade
ring der Staten van Holland met den raadpensionaris aan het hoofd,
droeg dit college aan Post den bouw op van een gebouw voor
hunne vergaderingen met als middenpunt de groote zaal, die nu
nog, zij het ook door ingebouwde tribunes zeer geschonden,
als Eerste Kamerzaal een machtigen indruk maakt. In het Koord
einde was het „Oude Hof”, door Frederik Hendriks weduwe be
trokken, door Post geheel herbouwd, terwijl ten slotte diep in het
Haagsche bosch de Oranjezaal, het Huis ten Bosch was ver
rezen, waar .in een wellicht wat overdadige weelde, door samen
werking van bouw- en schilderkunst een schitterend geheel ver
kregen werd.
Men gevoelt het, hoezeer den Haag een andere stad geworden
was, dan in 1627. De knop was tot een bloem gezwollen Druk
van beweeg waren de straten zoo van voetgangers als van karos
sen, die de rijke regenten vervoerden en de heeren van het hof,
de krijgslieden en de vertegenwoordigers, die de vreemde mogend
heden naar Holland zonden omdat daar voor een belangrijk deel
de Europeesche politiek werd beslist; goed voorzien waren de
winkels, vooral die welke de laatste nieuwigheden van mode en
HAAGSCHE COHIEREN II, (1674).