de ontvangst der Gravin van Rupermonde het vaatwerk noodig had, het zou echter na afloop van den maaltijd weer in handen van zijn crediteur gesteld worden. Zulk een voorzorg komt mij tamelijk overbodig voor, waar de vordering op den Markies de Monteléon in 1743 f 127.819:7 bedroeg. Dat hij op den besten voet stond en ook zaken deed met andere gezanten blijkt wel uit het feit, dat Jean Gomes da Sylva, Graaf van Taroucca, gezant van Portugal bij de Republiek hem op 14 Januari 1726 algeheele volmacht gaf toen hij op het punt stond naar Weenen te vertrekken, en hem in deze acte als zijn goeden vriend betitelde. Deze diplomaat stond blijkbaar niet bij hem in het krijt. Anders was het gesteld met den zoon of schoonzoon van den Spaanschen gezant, den Markies de St. Philippe, met name Don Francesco Maria Amat y Tola, eveneens Markies de St. Philippe. Op 17 December 1727 droeg de Liz aan Adrienne, Comtesse douarière d’Erps, née Comtesse de Launoy al zijne pretensiën op laatstgemelden over, zoowel in zijn particulier als in kwaliteit van eenigen erfgenaam van wijlen den Markies voor- noemd, gezant van Spanje in den Haag. Deze overdracht van vorderingen, eene zonderlinge methode, schijnt toen zeer in zwang geweest te zijn, en vermoedelijk was er wel een of ander voordeel aan verbonden, dat wij niet doorgronden kunnen. De nieuwe Portu- geesche gezant Don Louis de Cunha was met zeer weinig tevreden, en moet al heel slecht bij kas geweest zijn, want wij -vinden dat de Liz op 31 Augustus 1728 voor vier jaar borg voor hem wilde blijven tegen over Marie Beukelaar, Weduwe van Jan Hallungius, wier huis hij in huur had genomen. De Resident van Moscovien Hofraad Christoffel Brands behoorde ook tot zijne relaties. Deze heer is zeer bekend door zijne weige ring om de maaltijd van 13796 te voldoen, die hij in den Amsterdamschen Doelen op 30 Augustus 1721 liet aanrichten ter eere van het sluiten van den vrede tusschen Rusland en Zweden. Diens betrekkingen waren echter van zuiver finantieelen aard en wezen reeds op het naderend verval van onzen held. Op 4 Mei 1727 liet de Liz namelijk op Brands overschrijven -g 8900 Zuidzee- acten en jg 4043 Bankacten, zonder daarvoor eenige betaling te genieten en wel als zekerstelling voor gedisconteerde of te discon- teeren wissels. Kort daarna op 14 September 1727 liet hij als pand EPISODEN UIT HET LEVEN VAN FRANCESCO LOPES DE LIZ. 1/9 J

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1914 | | pagina 189