Spoedig volgden meerdere en grootere geschenken zonder dat de
Liz maar eene schrede verder kwam. Onder voorwendsel dat hij
te weinig standvastig was en reeds tal van vrouwen het hoofd op
hol gebracht had, wilde zij hem hare gunsten nog niet schenken,
alvorens zij geheel doordrongen was van de diepe ernst zijner
bedoelingen. In werkelijkheid beoogde zij slechts zooveel mogelijk
van den rijken Hollander te plukken. Zij werd hierin bijgestaan
door haar echtgenoot, want hoewel zij gemeenlijk Mile Pélissier
genoemd werd, was zij in werkelijkheid eene gehuwde vrouw. Het
waren geen knellende banden die haar aan Bernard Pélissier bonden.
Hij behoorde ook tot de muziekwereld en had ter kwader ure de
directie van de Opéra te Rouaan op zich genomen. Deze onder
neming verslond veel geld en plaatste het echtpaar in eene benarde
finantieele positie, zoodat zij gezamentlijk op middelen bedacht
waren om er weer wat boven op te komen. Eigenaardig is het
wel dat de Opéra te Rouaan, die heden ten dage eene stedelijke
inrichting is en eene subsidie van honderd duizend franken per jaar
geniet al even min gulden tijden beleeft als in 1730. La Pélissier,
wier familienaam Marie Jeanne Castelleno was, gaf den wensch
te kennen van de Liz een mooi landhuis met toebehooren in de
omgeving van Parijs, als geschenk te ontvangen. Deze toonde zich
bereid dit verlangen te voldoen op voorwaarde dat de zangeres
haren echtgenoot, op wien hij ijverzuchtig was, uit hare nabijheid
zou bannen. Stemde de man hierin toe, dan was de Liz genegen
hem van de noodige middelen te voorzien om elders een onbezorgd
leven te leiden. Maar de zangeres bewust van de macht, die zij
bezat, weigerde in den beginne, op dit voorstel in te gaan. Eindelijk
stemde zij er in toe haar man te verwijderen. Hij werd met goed-
gevulden buidel weggezonden en kreeg de opdracht het oog te
gaan houden op de verfraaiingen, die aangebracht moesten worden
in het voor zijne vrouw aangekochte buitenhuis. Van toen af regende
het kostbare geschenken en als galant ridder voorkwam de Liz de
minste wenschen zijner uitverkorene.
Den 20 Maart 1730 was de beroemde treurspeelster Adrienne
Lecouvreur op tragische wijze uit het leven gescheiden. Zij liet
eene garderobe van groote waarde na, die ongeveer veertig duizend
écus gekost had en door de executeurs verkocht zou worden. Mile
Pélissier die met de boedelbeheerders in relatie stond, kwam hiervan
EPISODEN UIT HET LEVEN VAN FRANCESCO LOPES DE LIZ.
I9I