KW k Zie bijlage 116. 2) Bijlage 44. de laatste, na 1786 taal noch teeken meer van hun broeder ver namen. De historie van het beheer der fabriek door Johan Frantz na 1784 is die van een voortdurende worsteling met steeds ongunstiger omstandigheden. Het uitbreken van den vierden Engelschen oorlog, zoo verderfelijk voor de gansche Nederlandsche nijverheid, moest wel allerschadelijkst werken op een maar zeer matig bloeiend en onder niet al te deskundig beheer staand luxe-bedrijf. In Juni 1785 werd een wisselprotest notarieel opgemaakt2) voor een bedrag van slechts 116. en het daaruit blijkend gebrek aan contanten vinden wij door een toenemenden stroom van wisselprotesten bevestigd. De oorlog was daarvoor niet de eenige verklaring. Wij vinden die ook in de persoon-zelf van den jongen Lyncker, een typisch voorbeeld van den achttiende-eeuwschen chevalier d’industrie, charmeur en mooiprater, die op alle mogelijke manieren tracht tot aanzien en rijkdom te komen, behalve op die van onverdroten arbeiden in de zaak aan welker hoofd hij was komen te staan. 11 Ik V’. ÏES3S8 269 DE HAAGSCHE PORCELEINFABRIEK. 24. Groote punchkom, vroeger in de coll. Monchen. I T' '"X

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1914 | | pagina 279