295
i) Ik mag niet nalaten aan het slot van dit opstel dankbaar de hulp
te erkennen, die velen mij daarbij hebben verleend: Mej. Peelen, onder
directrice van het Museum, die mij met haar kennis ter zijde stond; de
ambtenaren van het Gemeente-archief, die onvermoeid behulpzaam waren
bij vaak uitgebreide onderzoekingende eigenaars van porcelein, die
mij hun bezit ter bestudeering gaven, in de eerste plaats de Heer van
Zuylen van Nyevelt, die mij ook op andere wijze bij dit werk bijstond,
tenslotte enkele archief- en museum-ambtenaren, ook in het buitenland,
die mij op heusche wijze met inlichtingen ter wille waren.
Haagsch Gemeente-museum, dat door systematisch zich op de ver
zameling ervan toe te leggen erin geslaagd is om in een tweetal
vitrines een rijke verscheidenheid van de producten der fabriek
bijeen te brengen. Een derde vitrine bergt een fraai, compleet, door
de familie Evers in bruikleen gegeven eetservies. Naast deze col
lectie is de reeds meermalen genoemde van Mr. J. A. H. Baron
van Zuylen van Nyevelt eveneens rijk aan zeer verschillende en
bijzonder fraaie stukken. Overigens ken ik geen speciale verzame
lingen van eenige uitgebreidheid. r)
DE HAAGSCHE PORCELEINFABRIEK.
38. Blakertje met kaars, lak, schaar en cachet, nagebootst;
gemerkt onder de glazuur.
(Gemeente Museum.)
‘J
-F