329
DE HAAGSCHE PORCELE1NFABRIEK.
J. B. Bierbaum, Amsterdam 250.
P. Clarenbach, Mühlheim ƒ107.
2.
4-
8.
10.
1.
99. 1790 Maart 4.
Wissel op J. F. Lyncker van
Nots. H. Swaan, nr. 4815.
98. 1790 Jan. 21.
Wissel op J. F. Lyncker van
Nots. A. v. Wyck, nr. 3831.
van dezelve in den jaare
van een negotiatie ter somma
1777
een Porcelain Fabricq.
3. vervolgens tot des te beeter accres
1779 heeft geformeerd een plan
van tien duyzend guldens.
dat gemelde negotiatie (voornamelijk nadat het hun E. A. Heeren.
Schout en Burgemeesteren alhier gratieuselijk bij resolutie van
13 Januari 1779 had behaagd, om dus het deelnemen in voorss.
negotiatie te minder zwarigheid te doen ontmoeten de voorsz.
fabricq met hoogstderzelver sur-intendance te honoreeren) voor
spoedig geslaagt en voltallig geworden zijnde,
5. vervolgens daarvan voor de Ed. Achtb. H. H. Schepenen van
’sHage op den 8en Februari 1779 zijn gepasseerd 40 obligatiën.
6. ieder ter somma van ƒ250 guldens en dus te samen ten bedrage
van voorsz. door des gedaagdes vader genegotieerde somma
van tien duizend guldens, dat des gedaagdes vader al in den
jaare 1781 zijnde komen te overlijden het gevolg daar af is geweest
7. dat de gedaagde van zijne moeder de wede, van voorss. Antony
Lyncker heeft aangestaan en overgenomen de voorsz. bij zijne
vader gestabileerde en nagelate porcelainfabricq.
en als toen ook tegelijk zig heeft geengageerd te zullen voldoen,
opleggen en betalen alle zoodanige schulden en lasten, welke
gemelde zijnen vader tot aankoop, oprigting, opbouwing en voort
zetting van de zoo eevengemelde fabricq had gecontracteerd.
9. en dus ook de veertig portiën off aandeelen onder sur-intendance
van Hun Ed. Achtb. Schout en Burgemrn alhier genegotieerd,
gelijk de gedaagde eenige jaren consecutifif vier portiën off
100. 1790. Maart 18.
Compareerde voor de Ed. Achtb. Gerechte van ’s-Gravenhage Cornells
Jacob van Brakel als procureur van Johan Frantz von Lyncker, directeur
der Porcelain Fabricq, mitsgaders Burger en inwoonder alhier, gedaagde
ter eenre
op ende jeegens
den Hoogedgeb. Heer Willem Gustaaf Frederik Grave ven Bentinck,
heere van Rhoon en Pendrecht, etc., bailliuw van’s Hage, R. O. Eysser,
Art. 1. ende deede zeggen.
dat wijlen des gedaagdes vader Antony Lyncker in den jaare
met excessive kosten alhier in den Hage heeft opgeregt
