i8o DE CONFRÉRIE VAN FLORA. 6. Dat voorts ook alle en jegelijck van de confraters, desen confrérie tot subsidie en onderstandt van deselve confratrinitijt sullen betalen, eens des jaers, drie guldens. 7- Ider van de heeren confraters sullen nogh gehouden sijn, voor jeder weeck twee stuyvers te betalen alle drie maenden, in handen alsvooren, tot huyr en onderhoudt van de jegenwoordige earner, van deze confrérie, mits gaders voor den dienst van de kneght en voor vuyr en light samen jaerlijcx monterende een hondert en veertigh gulden, die gemelte kneght alsnu, dogh sonder consequentie jaerlijcx toegeleght zijn, dogh sal hij gehouden wesen, boven de voorsz. huyr, vuyr, light, etc. dienen tot sijn costen te fourneren behoorlijck tafel- en servetgoet, mitsgaders messen, forchetten en lepels t’ elcken reyse als de heeren confraters des Woensdaghs bij een sijnde een schootel éeten sullen comen te ordonneeren. 2. Imand tot officier van de gemelte confrérie in voegen voorsz. behoorlijck geëligeert sijnde sal gehouden sijn, ’t selve officierschap aen te nemen en sijn tijt uyt te dienen ten waere hij wettige redenen hadde ter contrarie, welcke redenen door den soodanigen, aen de heeren regenten geallegeert zijnde, het staan zal aent oordeel van de opgemelte regenten off de gealle- geerde redenen, daertoe suffisant zijn, dan niet, naer wekkers uytspraake, den soodanigen, sigh zal moeten gedragen. 3- Nimand kan verstaan werden, tot dese confratrinitijt geadmitteert te sijn, als den geenen, die door deecken en hooft mannen, aengenomen ende t’ gros deses onderteeckent hebben sal. 4- Tot subsidie, en onderstand van dese confratrinitijt sullen alle nieuwe aencomende confraters, als geadmitteert zijn voor haer intrede, in handen van den secretaris gehouden zijn, te betalen vijff guldens als mede als dan in te teeckenen, dat naer haer overleyden uyt hare eerste en gereetste goederen, sullen moeten werden betaelt, soo een somme, als waervoor sij comen in te teeckenen, alle twelcke sal staan aen een jegelijck vrije keuse, om in te teeckenen, soo veel off weynigh als een jeder van de selve gelieven sullen, soodanigh de heeren comparanten confraters opt passeeren deses ook hebben gedaen. 5- Dat ook alle confraters haer affscheyt nemende (waertoe een jegelijck vrijheyt heeft) gehouden sal sijn, voort selve haer affscheyt te betalen tien guldens.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1916 | | pagina 190