187 Blitterswijk de raadpensionaris en Van Lynden en bij ieder der comparanten tauxeert door lieden hen des verstaande de helft werden genoten en geprofiteert. Tot naarkominge van ’t geene voorschreven staat verbinden de com paranten etc. etc. (volgen de onderteekeningen). Zooals reeds gezegd werd, duurde deze compagnie tot 1789. De acte van ontbinding, die in volkomen vriendschap werd opgemaakt, geeft ons nog enkele inlichtingen over het werk van Van der Aa. Behalve dat blijkt, dat de huishoudingen van de families Mes en Van der Aa tezamen gevoerd waren geweest in twee naast elkaar staande huizen aan de westzijde van den Dennenweg, krijgen wij namelijk ook een opgave van de klanten en het soort van werk. Immers terwijl de jonge Mes het bedrijf alleen zou voortzetten, mocht hij voor enkele dingen nog de hulp inroepen van Van der Aa’s ervaring, met name: „als er iets voor het Hof van Zijne Hoogheid of voor anderen zoodanig werk mogt voorvallen, waarin des eersten comparants handen werk als anderszints volstrekt zoude mogen gerequireert worden”. Bovendien zouden nog voor gezamenlijke rekening worden afge werkt: „het schilderen van de karos van Zijne Koninklijke Hoogheid; de wapens van mevrouw Meerman en mevrouw Collot d’Escury de lustres voor den heer Dahne, de twee ledikanten van den heer ontvanger-generaal van Strijen, en tenslotte het uitsparen, retou- cheeren en schoonmaken van een kamer voor den Raadsheer van Merten 1). Enkele dezer klanten komen reeds voor in den inventaris, die de weduwe Mes werd opgemerkt2), van Strijen, en Notaris J. W. 2) Notaris J. W. in 1781 na het overlijden van zooals de ontvanger-generaal van Strijen, en de Stadhouder, die zoowel in het Oude Hof, als in het Huis ten Bosch schilderwerk deed verrichten. Dit was wat in den inventaris heette „huiswerk”. Het geschiedde ook bij den hertog van Brunswijk Wolfenbuttel. Deze laatste bestelde echter ook „koetswerk”. Dit deden eveneens van Bleyswyk, de generaals Van Sommelsdijk Van Maasdam, de Pruisische gezant Thulemeyer, de heeren van Blitterswijk en Van Heeckeren van Keil, de van Alphen, 27 April 1789. van Alphen, 28 Juni 1781. DE KUNSTSCHILDER D. VAN DER AA.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1916 | | pagina 197