schilder beloond voor J) In eene rekening van „die provoeste-stocken ende zweert 2) Eerste Memoriael van Riemer Deel II blz. 905. 1559 wordt een van justitie te schilderen.” B. Ernst, fol. 220, ook gedrukt bij de noughte in den feeste te gheven”. Men had hem geschonken: „een ghecks tabbert mit een capproen mit oren Later, toen den Haag ook rederijkers bezat, kwamen die door hun „esbatementen” „gunstelicken” te spelen zeker het vermaak verhoogen. De „gemeyne rethorisiens van den Haghe” kregen blijkens eene rekening van 1559 eenige ponden „tot wijn”, uit erkentelijkheid daarvoor. Het „convivium” duurde verscheiden dagen; immers, zoo leert de rekening: „Die Coninck mitten scutten ghinck dagelicx voir convivium in die Groote Kercke horen de singhende mis”. De zangers gingen dan mede eten. De schoolmeester met zijn school kinderen niet. Dat was voor hem een opoffering en dus kreeg hij 12 stuivers vergoeding. De orde op dat dagenlange feest moest de Coninck zelf zien te bewaren. „Als gewoenlick ys, dat die Coenynck stelt een provoest dragende een rode roede om te corrigeren, die gheene die mis- dadigh ofte rebel tot sijnen conincklicken mayesteyt siin, wordt daeromme gemaeckt ende opgericht bi den coeninckshoff een mast mit een rat dair up”. De glorie van het feest werd vaak verhoogd door het uitnoodigen van deftige gasten, zooals de leden van den grafelijken Raad of van de grafelijke rechtbank, het Hof van Holland. Hoe dat in zijn werk ging is ons overgeleverd. Toevallig, en dat wel omdat eens bij zulk een gelegenheid ruzie gemaakt werd en de beleedigde van de beleediging „acte” vroeg van het Hof, in welks register de zaak dan ook behoorlijk werd aangeteekend 2). Het geval deed zich voor op den 27sten September 1559, dat „op naemiddage int scheyden van den Raidt, des avonts nae vijf uren” in den raadkamer van het Hof van Holland verschenen mr. Aernout Coebel van der Loo, rentmeester van de domeinen en Splinter van Hargen, ridder, „tot hen hebbende veel van den gildebroeders van Sint Joris Schutterye, mit vaendragher, pijper ende trommelslager, verclarende last te hebben van den Koninck ende gemeen Schutterye de voorzegde Heeren raiden te bidden ende te nooden bij heurluyden te willen t DE BROEDERSCHAP DER SCHUTTERS VAN ST. JORIS TE ’s GRAVENHAGE. 47

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1916 | | pagina 57