88
eerste vier dronken bijvoorbeeld weerspiegelt zich de ingewikkelde
quaestie van de souvereiniteit. Men begon namelijk met de Staten
van Holland, als de souvereinen van de autonome provincie, waarin
men leefde, dan volgden de souvereinen der andere provinciën, dan
eerst de Staten-Generaal, na deze pas de ErfstadhouderOp hem
volgden
In de dagen dat de Koning van Zweden lid van de Confrérie was,
kreeg ook hij een aanzienlijke plaats op dit lijstje. Tot meerder
glorie, werd hij dan, op zijn -verzoek, door den Deken gerepresen
teerd. Men begrijpt, dat die glorie dan vooral op den Deken af
straalde!
Nam het drinken dus een voorname plaats in, ook het eten werd
niet vergeten: het reeds medegedeelde menu moge dat bewijzen.
Misschien at men zelfs te gretig, waarvoor zou men anders in 1757
hebben bepaald, dat voortaan „het dissert tot menagement van het
eeten van den beginne af op tafel zou worden gezet?” Of was
het slechts wijze voorzorg om te bewerken, dat de heeren voor al
het lekkers van het „dissert”, dat afzonderlijk werd aanbesteed,
ook nog een plaatsje zouden bewaren? Behalve uit vruchten van
verschillenden aard bestond het uit „eys in soorte” compotes, dra-
gées, gebak, terwijl er een zeer bewerkt „middel dissert” werd
opgezet, dat gewoonlijk alleen reeds meer dan 50 gulden kostte.
Aan het slot van den maaltijd eindelijk werd een vuurwerk af
gestoken. Aan dat gevaarlijk, maar door de i8de.eeuwers zéér ge
waardeerd, genoegen offerde men een enkel maal op den Vijver, maar
meestal vlak vóór den Doelen op het Tournooiveld. De walm
sloeg dan natuurlijk de ramen in de feestzaal binnen. Maar men
de Gouvernante
Princes Caroline
de geallieerden van den Staat
de hertog van Brunswijk Wolfenbuttel
de Ridder Sint-Joris
de Deken
de Hoofdmannen, de Raden en Ministers
de Confrérie in het algemeen
als dertiende en laatste officieele dronk kwam dan
„Een glaasjen van Vriendschap”.
DE BROEDERSCHAP DER SCHUTTERS VAN ST. JORIS TE ’s GRAVENHAGE.
«MM