”3
te krijgen. Met erg veel moeite kwam hij in het bezit van Privy
seals” voor het betalen van een klein gedeelte der schuld, maar
geld kreeg, hij niet. In September bezocht hij Oxford, waar hij
kennis maakte met den beroemden wiskundige John Wallis, een
vriend van Christiaan, en in het begin van October reisde hij terug
en zag op zee in de verte de kust van het geliefde vaderland. Op
de heen- en terugreis schreef hij een vrij uitvoerig Latijnsch gedicht.
Toen hij den nden October te Parijs was teruggekeerd, waren
er weer allerlei quaesties met betrekking tot Oranje, o.a. die van
de Munt. Het vorstendom had munten geslagen, die, zooals de
Fransche regeering beweerde, geleken op Fransche munten, maar
minder waarde hadden. Daarom was in 1661 de Munt van Oranje
gesloten en waren de werktuigen deels vernietigd, deels wegge
nomen. Dit benadeelde de pachters der belastingen, die meenden
gerechtigd te zijn, nu ook minder geld aan den Prins uit te betalen.
Met heel veel moeite heeft Huygens deze zaak geregeld. Maar spoedig
kwam er nu toch een einde aan de onderhandelingen. Naar aanleiding
van een gesprek van Huygens met Lionne en briefwisseling met
de Prinses Douairière besloot de laatste toe te geven aan den eisch
van den Koning, om een katholieken gouverneur te benoemen,
maar zonder dat dit in de overeenkomst werd vermeld, dus alleen
als eene belofte. Amalia nam dien stap dan ook geheel alleen, zonder
er de andere voogden in te kennen. En tevens besloot zij geen
gouverneur, maar een commandant van het kasteel te benoemen,
die echter dezelfde functies zou hebben als een gouverneur. Zoo
kwam dan eindelijk de zaak in orde en gaf de Koning bevel aan
zijne ambtenaren en troepen, om Oranje te ontruimen en er het
gezag van den Prins te herstellen. Op het laatste oogenblik was
er nog bijna een kink in den kabel gekomen door een nieuwen
eisch aangaande de kanonnen van het kasteel, maar het liep goed
af. En zoo kwam Oranje dan weer in het bezit van zijn wettigen vorst.
Den 3isten Dec. 1664 kwam te Oranje het bericht, dat het vorsten
dom aan den Prins zou worden teruggegeven, wat de bewoners
al in eene goede stemming bracht, en toen dit bericht den 2431011
Januari 1665 door een brief van Huygens werd bevestigd, vierde
men feest met Zuid-Fransche opgewondenheid, die nog toenam,
toen den 25sten Maart de troepen des Konings het kasteel en de
stad ontruimden. Geweer- en kanonschoten, vuurwerk, eene fontein
8
HET LEVEN VAN CONSTANTIJN HUYGENS.
I