x) Een soortgelijke maatregel werd in 1603 te Kampen getroffen, toen „geroefde” kisten verboden en het gebruik van platte lijkkisten verplichtend werd voorgeschreven (Versl. en Med. voor Overijselsch Regt en Gesch. 1917 bl. 15. 2) Misschien waren er bij deze acht enkele schutters. Voor hen gold n.l. het voorrecht van een vrij graf in de Groote Kerk, indien ze onvermogend waren. Den sgsten Oct. 1792 werd hierin door Burge- meesteren verandering gebracht, op verzoek nog wel van Kolonel Van Mus, namens den krijgsraad der Schutterij gedaan. de overheid op allerlei wijzen in de hand gewerkt en op ’t eind der 18de eeuw mocht in Amsterdam zelfs geen eikenhouten kist gebruikt worden, met geen andere bedoeling, dan het spoedig verteren der lijken daardoor te bevorderen, waardoor weer ruimte voor andere zou ontstaan. Een bepaling van blijkbaar dezelfde strekking zij toch zal evenzeer ruimtebesparing beoogd hebben werd den 2isten Januari 1783 door Burgemeesteren van Den Haag getroffen, toen het gebruik van te groote kisten en van kisten „met lijsten” verboden werd. Natuurlijk was de verzoeking groot, dergelijke verboden te over treden, waartegen de Magistraat op haar beurt weer op haar hoede moest zijn. Het vermoeden ligt voor de hand, dat daarom de kisten vóór de teraardebestelling moesten worden voorzien van een officieel merk of teeken. Zoo althans meen ik te moeten verklaren de benoeming van Carel van der Spriet (21 April 1749) tot „het merken van doodkisten”, en waartoe in de vroedschapsver- gadering van den 2Ósten Januari 1752 een zekere Alexander Venju werd verkozen. Maar kisten „met lijsten” werden er weinig heengedragen naar ’t nieuwe „Noorderkerkhof”. Want zooals we zagen waren ’t de allerarmsten vooral, die daar ten grave werden besteld. In de impost en begrafenisboeken vond ik over een willekeurig tijdvak in 1775, dat van de niet-betalenden 26 naar ’t Noorderkerkhof, 8 naar de Groote Kerk 2), 1 naar de Kloosterkerk, 8 naar Eikenduinen, 3 naar Scheveningen en 15 naar Rijswijk werden vervoerd, terwijl van de betalenden 7 op de Noorderbegraafplaats, 25 in de Groote Kerk, 12 in de Kloosterkerk, 8 te Eikenduinen, 7 te Scheveningen en 1 te Rijswijk werden ter aarde besteld. En daar juist van deze betalenden, voor wie op Jt Noorderkerkhof een laatste rustplaats HAAGSCHE BEGRAAFPLAATSEN. 1.52 i I

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1917 | | pagina 160