haar zoon, de vele graven van Nassau, die in het leger der Staten
dienden, enz. Dat hij zich heel spoedig t’huis voelde onder de
leden der hofhouding, blijkt uit zijn aardig vers Le revers de la
Cour, in April 1626 geschreven en vol plagerijen van vele dezer
heeren en dames; al vroeger was hij bevriend geworden met
eenige officieren, die aan het hof verbonden waren, nl. Mansart,
Calvart, van Asperen en Frederik van Liere. In het leger had hij
gelegenheid kennis te maken met de vele Fransche en Engelsche
officieren, die onder Frederik Hendrik dienden en van wie velen
beroemde namen droegende gemakkelijkheid, waarmede hij
vreemde talen sprak, was zeker eene groote aanbeveling voor den
burger bij deze zonen van Mars. Hij heeft onder hen de meest
vertrouwde vrienden verworven, o.a. den markies de Hauterive
en Henri de Beringhen.
In het najaar van 1625 begeleidde Huygens den Prins op eene
reis naar Zeeland. Maar toen in den zomer van het volgende jaar
de Prins te velde trok, kon Huygens zijn meester niet volgen;
hevige koortsen bonden hem aan huis en de angst, dat zijn meester
dat wegblijven aan lafhartigheid zou toeschrijven, kwelde hem nog
bovendien. Eerst met half September was hij hersteld en reisde
naar het leger, dat bij Emmerik lag. Van den oorlog heeft hij toen
niet veel geziende veldtocht was bijna ten einde en de beide
legers deden niet veel meer dan manoeuvreeren en heen en weer
trekken, nadat graaf Hendrik van den Berg bij het Calcarsche Gat
een gedeelte der Staatsche ruiterij had verrast.
Maar hoewel Huygens voor het eerst iets van den oorlog zag,
dacht hij aan heel andere dingen. In Maart had hij een uitvoerig
gedicht geschreven met den titel L'anatomie, Paradoxes en satyrc,
waarin hij spotte met de vrouwen en met het huwelijk. De straf
zou niet lang op zich laten wachten. Voordat hij naar het leger
ging, had hij drie dagen te Amsterdam doorgebracht en was
doodelijk verliefd geworden op zijn nichtje Susanna van Baerle.
Zij was eene der dochters van Jan van Baerle, een rijk Amster-
damsch koopman, en Jacomina Hoon. De mooie brunette, die sedert
den dood harer ouders bij haar broeder inwoonde, had wel in
den Haag bij de Huygens'en gelogeerd en toen had Constantijn’s
oudere broeder Maurits haar ten huwelijk gevraagd. Maar Susanna
had geweigerd, tot groote verontwaardiging van de familie Huygens,
HET LEVEN VAN CONSTANTIJN HUYGENS.
27