33
x
als Jhr. Frederik
bastaard van
zonden, om
aan Tesselschade op te dragen. En toen hij den 8sten November
weer in den Haag kwam, toonde zijne vrouw hem haar vierden
zoon, Philips, die vier weken te voren was geboren.
Hoezeer Frederik Hendrik zijn jongsten secretaris toen ver
trouwde, blijkt o. a. hieruit, dat hij hem toezicht liet houden op
de opvoeding van den commandeur van Buren, later meer bekend
van Nassau, heer van Zuylestein. Hij was een
den Prins en werd als jonge man naar Parijs ge-
daar, als vele andere voorname jongelieden, Fransch,
paardrijden, schermen enz. in de perfectie te leeren. Huygens
voerde briefwisseling met hem en zijne leermeesters en hield op
die wijze een oog in het zeil. De commandeur van Buren heeft
later de heerlijkheid Zuylestein, door zijn vader aangekocht, ge
kregen, is gouverneur geweest van Prins Willem III en in 1672
gesneuveld.
Den 22sten Maart 1634 kreeg Huygens van den Prins een stuk
grond ten geschenke aan het Plein, om daarop een huis te zetten
en een tuin aan te leggen; het is de plek, waar thans het Mi
nisterie van Justitie staat. Al spoedig werd met den bouw be
gonnen. Door bemiddeling van J. Wicquefort kreeg hij van den
Landgraaf van Flessen 100 boomen ten geschenke. Hij had eene
drukke correspondentie te voeren, om voor graaf Johan Maurits
van Nassau, die het Mauritshuis bouwde, en voor zich zelf de
bouwmaterialen, die van buiten ’s lands kwamen, ongehinderd dooi
de plaatsen te laten voeren, welke door den vijand waren bezet.
Hij studeerde ijverig in Vitruvius en maakte met de hulp van Jacob
van Campen en Pieter Post een ontwerp voor den bouw. Wan
neer hij zelf afwezig was, voerde zijne vrouw de geldelijke ad
ministratie. Het bouwen duurde lang; eerst in het voorjaar van
1637 was het huis gereed. Het maakte een goeden indruk. Het
huis was 27.50 M. breed en 14.50 M. diep en had een half sous-
terrein en twee verdiepingen. Twee kleine, vóór den gevel uit
springende, vleugels hadden ééne verdieping en vormden een voor
plein, dat door een muur met poort was afgesloten. De voorgevel
was van baksteen, „het middengedeelte met een avantcorps met
Ionische pilasters van zandsteen, met kroonlijst en fronton bekroond
door een drietal beelden.” De vier schoorsteenen waren versierd
met ijzeren wereldbollen. Van binnen voerde een dubbele trap
3
HET LEVEN VAN CONSTANTIJN HUYGENS.