120 DE VAL VAN EEN HAAGSCH BANKIERSHUIS. d’heer I 1 1 B Het tegenwoordige Israel. Oude Mannen- en Vrouwenhuis „Zurkanns Stichting” in de Sint Jacobstraat. 2) Blijkens een acte 27 b ebr. 1799 voor Not. J. J. Vaissière verleden. Fronica Boas. S. Edersheim. Simon Baruch. Bonnier voor Mevr. A. Rengers geboren van der Goes. J. J. Engersch voor de heeren Marcus Ezechiels Zoon in Rotterdam. Moses Boas. E. Bars. L. Sijthoff voor Colonel Baron Sweers de Landas en voor Jonkvrouwe van Kinschot. A. v. Wijk voor Vrouwe Gravinne en voor juffrouw A. A. Ver- schuuring. L Sijthoff voor den heer Cornells Nicolaas van Schuylenburch. Dezelfde voor de erven van den heer Fagel. Baron Osorio. P. Oosterhout. M. H. van Son Hendrickse voor K. van den Helm Boddaert. Ph. Fr. Tinne voor de heer Werner van Alvensleben te Berlin. J. van Grovestin qq. de heer Buttemeister. de heer Gabry. voor de heer voor Moses Samuel Metz. Daniel Polak. Moses Kann. Alida Kann. E. Le Leu de Wilhem. L. M. Simonis. H. B. de Schubart voor het Hof van Denemarken. Toby Gros ook voor Emanuel Michiels Kalff. Alexander Juda. Joannes Huygens W. Dingemans. dezelfde voor Baron v. Getting Moliere Co.voor den heer Frantz. Pretto Henriques. Swaan voor juffr. Mensink. De heer Kempenaar voor juffr. Davenelt. Stenfert voor d’heer van Heerdt. Rochus Blom. I. Hertz voor zich zelve en voor zijn moeder, wed. Abigael Hertz te Cassel. Abraham Symons te Amsterdam. C. V. van Boetzelaar. A. G. van Boetzelaar. D. van Boetzelaar. Het accoord hield in, dat Abraham en Simeon Boas aan hunne crediteuren overlietenal hun vaste goederen, landerijen, actiën, pretensien, inschulden, beleeningen, juweelen, paarlen, goud, zilver en schilderijen, met uitzondering van i°. Het huis Salomons Tempel 1), bewoond door Abraham Boas. 2°. Het huis door Simeon Boas bewoond aan de Amst. Veerkade (thans no. 23) 2). 30. Al de kleederen van Abraham en Simeon Boas en van de kinderen van den laatste; en eindelijk alle meubelen en huisraad.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1919 | | pagina 128