"A
f
124
DE VAL VAN EEN HAAGSCH BANKIERSHUIS.
i3-
fi
ii.15
f 616.i
4
1
j
I
een Vrouw, op paneel
stukje met schaapjes,
v
n
25
4.10
25-
9-5
V
N
3.16
2.6
6
1.14
.12
.10
—•15
.10
—•13
2.
5-5
5-5
Een dame die op een clavier speelt en meer in de trant
van Voorhout, op paneel
Twee stucx wintergezigten, op paneel
Een Quakzalver en een boerenstukje, twee stuks, op pan eel
Een gezelschap en een naayster, op paneel, twee stuks
Twee stucx, zijnde Paulus in de Gevangenis door L. Bramer
en een Slapende oude man, op paneel
Twee stuks, zijnde een Vrouw die een kaars in de hand
houdt en een dito met een Man en
Twee stuks zijnde een baltaille en een
op paneel
Een landschapje met een hooyschuyt, op paneel
Een Boerenvreugd door I. Molenaar, op paneel
Een allegorie op de liefhebberij van de tulpen, op paneel
Twee fruytstukjes, doek-paneel
Twee stuks schilderijen, zijnde grijsaards met baarden, op paneel
Twee dito’s
Twee dito’s
Twee dito’s
Het pourtrait van den ouden Koning van Pruyssen, op doek
Twee stuks historieele op koper geëmailleerd
Twee stuks dito