92 JOANNES VOLLENHOVE. Gods Geest in en als gewogen de lippen van „den Leeraar „Geleerde kruisgezant, die, om uw gryze jaren, Vermoeit en afgeslooft in Neêrlandts heiligdom, Weleer met vrucht en vreugt begroet Den stoel een Hoe stond uw Hoe woekerde elk predikstoel getuigen moest, den held, die de zielen kneedde als was, die het Haagsche hof bekoorde en in triomf sleepte, aan de ketenen van wiens tong Nederland gekluisterd hing.” Vollenhove heeft in 1669 voor de eerste maal eenige leerredenen in druk gegeven. In 1706 deed hij eene vermeerderde uitgave daarvan verschijnen, die in 1723 en in 1742 opnieuw het licht zag dus verscheidene jaren na zijn ontslapen, met eene opdracht van J. A. Langerak aan Ds. H. Velingius te Leiden. Verschillende vrienden en leerlingen gaven door Latijnsche of Hol- landsche verzen hunne ingenomenheid bij de verschijning van de tweede uitgave te kennen, als Constantijn Huygens, Nicolaas Heinsius, Janus Broukhusius, David Hoogstraten, Ds. Cornelius Bosch, Arnold Moonen, Johannes Brant, Lucas Rotgans en F. Halma. Om strijd roemen zij de gaven dezen prediker van Godswege geschonken, den degelijken inhoud „met woorden van Nederduitsche taal, seer net beschaaft, in een schaal”, gevloeid van in Gods kerk, die met den grootsten lof des Heeren heilig werk ruim vijftig jaren lang getrouw heeft waar genomen”, met herinnering aan de weemoedige ure van zijn afscheid: Van de uitgave van 1723 is een exemplaar in de Koninklijke Bibliotheek, van die van 1746 een in de Kerk. Bibl. alhier aanwezig. van Jezus scharen, ander ruimt, dien gy zoo lang beklom, kerkgenoot verrukt en opgetogen, om strydt de schatten uit uw mondt

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1921 | | pagina 102