DE HUIZEN AAN DEN KNEUTERDIJK No. 22. 138 Kinderhuis dat in 1867" de ledigstaande woning van Van der Mijle teneinde dien vorst en zijn hofhouding behoorlijk te huisvesten. Aanvankelijk had men voor logies bestemd het groote huis aan de oostzijde van het Spui tusschen de Leidsche en Delftsche Schuitenveren 2) waarin de raad en gezant van den Koning van Zweden, Mr. Jacob van Dijck van 16091620 was gehuisvest geweest, maar men had het bij nadere overweging beter gevonden daar voor de woning op den Kneuterdijk aan te wijzen, als waardiger om het wapenschild en de kleuren van Boheme te dragen, met welke oplossing Mevrouw van der Mijle, die fatsoenshalve werd geraadpleegd, zich had vereenigd. 's Konings vrij aanzienlijke hofstoet werd aanvankelijk bij particulieren ingekwartierd. Door de Staten, als hoffelijke gastheeren, werd alsnu besloten om het huis op ’s lands kosten geheel te doen restaureeren, twee of drie vertrekken op vorstelijke wijze te doen meubileeren, o.a. werden het salet met zijden behangsel en de eetkamer met goudleer behangen, „ende omme niet te thonen dat dese Staet heure Per sonen nu minder acht als te voeren, dat voor de „Reputatie van ’t Landt dienstelick sal wezen d'selven „Majesteiten drye daghen te doen defroyeren tot 400 „gulden daeghs.” Voor logies van de talrijke hofhouding werd na ver loop van tijd ook het naastgelegen pand van Olden- barnevelt, dat eveneens ongebruikt stond, bestemd. De betaling der verschuldigde huurpenningen ad f 2000 bleef al in het eerste jaar achterwege, en schijnt ook later niet te zijn ingevorderd. Voor inrichting der huizen werd f 3000 beschikbaar gesteld, eenig meubilair werd Resol. Staten 9 Maart—3 April 1621. 2) Het latere Diaconie Oude Vrouwen- en werd geamoveerd.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1921 | | pagina 150