DE HUIZEN AAN DEN KNEUTERDIJK No. 22. 164 complex te Parijs aangewezen om te dienen als bewaar plaats van alle archieven van het Keizerrijk, maar de toenmalige commies-chartermeester de Fouw, die, hoewel in 1811 van zijn ambt ontheven, zich voortdurend met de zorg van het archief bleef belasten, wist zoolang tijd te winnen door de door Tourlet bevolen inpakking slepende te houden, totdat de groote gebeurtenissen der opvolgende jaren de aandacht van deze zaak afleidden en het vervoer naar Parijs ongedaan bleef. Ook de archieven der domein- en rekenkamer waren in dit gebouw geborgen, met een gedeelte van het archief van den voormaligen Raad van State. Hun lot was minder gelukkig daar zij in 1812 naar Parijs werden vervoerd, vanwaar zij echter in 1814 terugkeerden. Bij de instelling der nieuwe staatsorde in 1814 werd het gewezen Logement der Vijf Steden ontlast van de daar geborgen archievenmet uitzondering van het domaniale archief, werden zij aan het Rijksarchief over gegeven. Toen den Haag Koning Lodewijk als koninklijk ver blijf hoe langer hoe minder aanstond, en hij, geen rekening houdende met de weinige financieele draag kracht van den Staatzijn residentie op 30 October 1807 naar Utrecht overbracht, alwaar Paushuize voor hem en zijn hofstaat ingericht werd, deelden ook de Ministeries in dit lot en werden deze in onderscheidene particuliere huizen ondergebracht. Ternauwernood was het Hof goed en wel in de hoofdplaats van het Sticht geïnstalleerd of de Koning ondernam nog in hetzelfde Reeds bij zijn troonsbestijging waren de gewone inkomsten onvoldoende om zelfs de rente der Staatsschuld te kunnen betalen. De gewone uitgaven werden later op 80 millioen geraamd, terwijl de inkomsten, door den toenemenden achteruitgang van het land, nauwelijks 50 millioen opbrachten.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1921 | | pagina 178