DE HUIZEN AAN DEN KNEUTERDIJK No. 22.
169
graaf, als aan den lande vervallen, verbeurd verklaard
en moest de gravin het Hof te Naaldwijk op 4 Mei
1588 ruimen voor den staatsraad Kelleny of Kellegry,
die vanwege koningin Elisabeth in den raad van State
zitting had.
Ingericht tot gezantschapshotel, moest het evenwel zoo
in- als uitwendig gerestaureerd worden. De Staten had
den dan ook op 11 April 1587 besloten dat „tot repa
ratie van de huijsinge van Naeldwijck alhier in den
„Hage, in diligentie geprocedeert sal werden ende
„daeraen te koste gelegt de somme van omtrent vijf-
„hondert guldens, mits dat die van het Collegie van
„Gecommitteerde raden tselve huis van Naeltwyck sullen
„besigtigen of hetzelve tot twee huijzingen geaccomodeert
„en verhuurt souden mogen werdenwelcke onkosten
„in sulcken gevalle daerenboven gedaen souden mogen
„werden.” Later vinden wij dat het huis betrokken werd
door den Franschen gezant bij de Staten-Generaal de
Russy, die er f 800 per jaar in moest verwonen.
Blijkens de resoluties der Staten van 9 Mei 1595 was
aan de vroegere bewoonster Margaretha, gravin van
Aremberg medegedeeld, dat men haar de inkomsten uit
hare goederen had doen uitkeeren, maar dat zij zelve,
als ongewenschte gast, „hier te lande niet zou worden
„toegelaten’’; zulks in antwoord opeen op 12 Juli 1595
door haren raad Dr. Broelleman te Keulen ingediend
verzoek om teruggave van hare geconfiskeerde goederen,
„die aangeslagen waren als aan den Lande vervallen,
„omdat haar man gouverneur van den Landschappe van
„Vrieslandt was geweest en dat zij en haar man de partij
„van de Spanjaards heeft gehouden.”
Het sluiten van het Bestand herstelde de vroegere
bezitters weder in hunne rechten. Dit schonk den toen-
maligen eigenaar Karei van Aremberg, prins van