DE HUIZEN AAN DEN KNEUTERDIJK No. 22.
191
Wij eindigen onze zwakke poging om in enkele
omtrekken de geschiedenis van de overbekende huizen
op den Kneuterdijk te schetsen. Een der bewoners blijft
in weerwil van zijn tragisch uiteinde in de landsge
schiedenis met eere bekend; immers heeft hij zich zelf
wel het schoonste monument gesticht dat hem ooit kon
worden gewijdhet monument van zijn veelomvattenden
arbeid.
Ons volk, gewoonlijk zoo karig in de openbare hul
diging onzer groote mannen uit het verleden, is reeds
vroegtijdig tot het besef gekomen dat, althans de nage
dachtenis van Oldenbarnevelt, behoorde te worden ver
levendigd. Reeds in October 1795 was in de Nationale
Vergadering het denkbeeld ter sprake gebracht om
’s mans groote gaven door de oprichting van een beeld
te herdenken. Koning Willem I gaf kort na de aan
vaarding der regeering uitvoering aan dit plan en deed
in duurzaam metaal op een der pleinen te Brussel te
van den gevel, een som van ƒ69.000 bijgedragen of
pro rato zooveel minder als de kosten bij openbare
aanbesteding mochten blijven onder de ƒ102.000. De
verbouwingskosten bedroegen evenwel in totaal
ƒ107.318.23.
Nog werd bij acte van 18 April 1884 van de ge
meente aangekocht een perceel bouwterrein, afkomstig
van den paleistuin van den Prins van Oranje en den
vrijvallenden grond van de geamoveerde Gothische
galerij c.a. aan de noordoostzijde der Paleisstraat, groot
543 c.A., tegen een jaarlijksche grondrente van ƒ950.25.
Deze strook werd door een ijzeren hek van de straat
afgescheiden en eenig plantsoen op den grond aange
legd. Hiermede werd tevens een uitgang in de Paleis
straat verkregen.