JOANNES VOLLENHOVE.
31
tijds
het
om
voor eene beroeping naar Leeuwarden bedankt,
zou hem duidelijk worden dat eene uitnoodiging
tot ruimer arbeidsveld in te gaan thans niet door
hem mocht worden afgewezen.
In 's Gravenhage was in den kring der leeraren eene
vacature ontstaan door het overlijden van Ds. Casparus
Streso, die de gemeente zes en twintig jaar met eere
gediend hadJ). Van verschillende zijde was de aan
dacht op Ds. Vollenhove gevestigd en weldra vertrokken
de afgevaardigden naar Zwolle om hem het 3 Juli 1665
door den Haagschen kerkeraad uitgebrachte beroep 2)
te overhandigen en hem dringend uit te noodigen naai
de hofstad over te komen. Op zijn ernstige bede
„Heere, wat wilt Gij dat ik doen zal?” liet het ant
woord zich niet lang wachten, zoodat hij weldra be
sloot „in de vreeze des Heeren”, zijne geliefde gemeente
te verlaten en naar den Haag te vertrekken.
Dat het hem zwaar viel zich van een zoo gezegend
arbeidsveld los te maken, is niet te verwonderen. Toch
was daar vrede Gods in zijne ziel, toen hij 18 Augustus
1665 voor het laatst als haar eigen leeraar den kansel
der Groote kerk in Zwolle besteeg om zijn afscheids
rede te houden. In het midden van de gemeente, die
in grooten getale was opgekomen, was ook de over
heid der stad vertegenwoordigd door vele leden der
vroedschap, onder wie hij hartelijke vrienden telde,
waren ook zijn drie ambtgenooten met wie hij steeds
op broederlijke wijze had omgegaan, de kerkeraadsleden,
tal van oudleerlingen en leerlingen, allen vervuld met
weemoed des harten bij het heengaan van den man
x) Ds. Streso was vooral bekend door zijn Vredespreek op 21 Aug.
1651 in de Groote Zaal op het Binnenhof gehouden. Zie mijn Kerkelijk
’s Gravenhage in vroeger eeutv, ’s Gravenhage 1918 blz. 24 v.v.
2) Kerkeraadsnotulen, 3 Juli 1665.